Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
In dit theater moet je niet toekijken, maar meedoen

In dit theater moet je niet toekijken, maar meedoen

Deze maand is Nederland een nieuwe vorm van theater rijker: onderdompeltheater. Dat is de Nederlandse term die de mannen achter Hotel Wonderland in Zaandam bedachten als vertaling voor het in Amerika en andere landen al bekende immersive theater. Een vorm van theater waarbij je als bezoeker niet toekijkt, maar actief deel uitmaakt van de voorstelling.

Een hotel met meerdere aparte, soms bizarre, ruimtes. Een bloemenzaak, een bos, een autokerkhof, een klokkenwinkel of een kamertje ergens achteraf; zomaar enkele plekken waar je terecht kan komen tijdens een bezoek aan Hotel Wonderland. In twaalf van de ruimtes woont een van de hoofdrolspelers. Je kunt er zo binnenlopen en met ze in gesprek gaan, als ze er zijn. Voor sommige ruimtes moet je echter worden uitgenodigd. En de gehele avond beïnvloeden jouw reacties die van de hoofdrolspelers.

Waar tot dusverre de vierde muur, die tussen publiek en acteurs, vrijwel altijd intact bleef, wordt deze in Hotel Wonderland continu doorbroken. Plots kan een acteur je bij de hand pakken om je mee te nemen naar een andere plek. Of een van hen vraagt om hulp of advies. Daarom kan het ook zomaar zijn dat twee bezoeken aan Hotel Wonderland twee totaal verschillende ervaringen oplevert. Zit je na afloop met anderen na te praten over dezelfde voorstelling die je allebei zojuist hebt bezocht? De kans is klein dat de ervaringen hetzelfde zullen zijn. Het verhaal, de acteurs en de bezoekers vormen tezamen bijna een levend organisme dat steeds van vorm kan veranderen. Je zou het tot op zekere hoogte kunnen vergelijken met een voetbalwedstrijd. Een team speelt meerdere wedstrijden, met hetzelfde aantal spelers en dezelfde insteek en doen dat binnen een afgekaderd speelveld, maar het verloop van de wedstrijd is elke keer weer anders. Alleen het einde is in Hotel Wonderland elke keer identiek. De grote finale van de voorstelling staat vast, maar de omzwervingen van de bezoekers op weg naar die finale niet.

Anderhalf jaar geleden besloten drie bevriende ondernemers dat ze iets nieuws wilden ondernemen: ze wilden immersive theater naar Nederland halen. In onder meer Amerika, Engeland en Duitsland maakte de theatervorm al furore, maar in Nederland was het nog een onbekend fenomeen. Raymond Klompsma is er echter van overtuigd dat deze vorm van theater ook in ons land een grote toekomst tegemoet gaat. Voorheen dreef hij een reisbureau (srprs.me) waarbij de reizigers pas op het vliegveld hoorden voor welke reis ze de koffers hadden ingepakt. Hij laat zich graag verrassen in een wereld waarin al zoveel volgens vaste sjablonen gebeurd. In eerste instantie richtten ze in hun zoektocht naar een passende locatie het vizier op Amersfoort. Centraal gelegen en niet te duur, was hun idee. Want het moest wel een groot pand zijn, gezien hun plannen er een soort mini-wereld in te gaan bouwen. “Door de coronacrisis kwamen er echter ook wat passende en betaalbare panden vrij in Amsterdam en Zaandam.”

Veertig scripts

Uiteindelijk belandden ze op het Hembrugterrein in Zaandam, waar als gevolg van de coronacrisis een voormalige munitiefabriek leeg kwam te staan. “Toen we daar op een mistige morgen een kijkje gingen nemen, waren we meteen verkocht.” Sindsdien werd druk gebouwd. Zes acteurs met ervaring in immersive theater kwamen over uit Amerika om de helft van de hoofdrollen op zich te nemen. De andere rollen worden ingevuld door Hollandse acteurs.

Een paar weken voor de officiële voorstelling wordt nog druk gehamerd en getimmerd in het 4000 vierkante meter tellende Hotel Wonderland. Devin Compton Guzmán loopt rond met een vervaarlijk ogend boekwerk in handen. Dat gevaarte is het script van de voorstelling. Hoeveel pagina’s?

“Oef,” zucht ze, terwijl ze haar vingers langs de vele pagina’s laat glijden. “Ik denk zeker zeshonderd...” Haar opdracht was verre van eenvoudig. Voor twaalf acteurs schreef ze gemiddeld per rol veertig verschillende scripts die allen tezamen weer één centraal verhaal moesten vormen, in welke combinatie dan ook. Want hoewel elk personage zo zijn eigen beslommeringen en verschillende verhaallijnen kan hebben, dienen de twaalf verhalen aan het eind wel samen te komen in een grote finale. Ingewikkeld? Devin puft een beetje: “Och, het viel eigenlijk nog mee. In drie maanden had ik het op papier.”

Ze heeft wel wat kleine aanpassingen moeten doen, na de eerste doorloopjes. “Hoewel ze allemaal hun eigen verhaallijn hebben, dienen ze op bepaalde momenten wel samen op één plek te zijn. Dat was een kwestie van finetunen en bepaalde signalen afspreken. Wat kleine aanpassingen hier en daar.” Ze was zeer onder de indruk toen ze al die zeshonderd pagina’s voor het eerst tot leven zag komen. “Ik was overwhelmed. Ik denk ook dat dit soort theater juist nu heel erg op zijn plek is. Juist in deze coro-naperiode, waar alles draait om afstand houden, vind ik het mooi dat bij deze vorm van theater de bezoekers en acteurs juist heel erg samenkomen.”

Elke avond worden de gasten ontvangen in de ‘pianobar’. Daar, onder het genot van een drankje, met live-muziek op de achtergrond, komt een gastheer even bij je langs aan tafel om je welkom te heten en alvast een klein inkijkje te geven in wat je kunt verwachten. Dan worden alle bezoekers uitgenodigd voor een nog gesloten deur te gaan staan, die vervolgens een voor een openen. Achter de deur staat iemand die je uitnodigt om Hotel Wonderland te betreden. Naast acteren wordt de bezoeker ook verrast met dans, zang en diverse kunstinstallaties. Zoals een kamer met oneindig uitzicht, een ingenieus apparaat met knikkers en een ruimte waarin het lijkt te regenen. “We hebben wereldwijd tweehonderd kunstenaars uitgenodigd om een installatie te maken voor Hotel Wonderland. Twintig daarvan hebben we uitgekozen en hier neergezet.” Steeds bepaalt de bezoeker het ritme en maakt zijn eigen keuzes.

Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de nieuwste Panorama of bekijk het op Blendle.

Bizar
  • Sander Boer