Het is 1 juli 2021. De Amsterdamse crimineel Jeffrey S. (31) viert een feestje in een café in de Spaanse badplaats Torremolinos. Hij is jarig. S. is een gevreesde speler binnen de zogenoemde Mocro Maffia die Amsterdam – en eigenlijk de rest van Nederland – al jaren in z’n greep houdt. Volgens politie en justitie zou S. betrokken zijn bij meerdere moorden in Nederland en Spanje. Een huurmoordenaar dus. S. staat die avond nietsvermoedend in de bar als de Spaanse politie binnenvalt en de Nederlander tegen de grond drukt en arresteert. Hij wordt geboeid en met gebogen hoofd naar buiten begeleid, terwijl de andere feestvierders rustig toekijken.
Volgens de Spaanse politie zijn ze een maand eerder door hun collega’s uit Nederland op de hoogte gebracht over de mogelijke verblijfplaats van Jeffrey S. De voortvluchtige Nederlander zou zich schuilhouden in de omgeving van Mijas, een stadje vlakbij Marbella, in de provincie Malaga. Een aantal speciale eenheden, opgericht in de strijd tegen de georganiseerde misdaad, heeft vervolgens de omgeving van S. in kaart gebracht. Zo zijn ze erachter gekomen dat hij mogelijk zijn verjaardag zou gaan vieren in Torremolinos.
Vergismoord
Jeffrey S. is niet de enige Nederlandse crimineel die op de vlucht slaat naar de Costa del Sol. De Spaanse kust is voor Nederlandse criminelen al jaren een geliefde plek onder de zon. Ze denken daar anoniem te kunnen leven, maar de laatste tijd worden er steeds meer voortvluchtige landgenoten opgespoord door de Spaanse politie. In mei werd bijvoorbeeld de 40-jarige Noureddine H. nog aangehouden in San Pedro de Alcántara, een dorpje vlakbij Marbella.
H. werd door de Nederlandse politie gezocht voor de zogenoemde vergismoord op Djordy Latumahina. De Amsterdamse dj werd in oktober 2016 in de parkeergarage bij zijn woning doodgeschoten. Zijn vriendin, die bij hem in de auto zat, raakte ernstig gewond. Hun 2-jarige dochtertje bleef ongedeerd. De daders moesten niet Djordy hebben, maar een crimineel die toevallig in een zelfde Mini Cooper rijdt.
Voor de moord op Djordy Latumahina is al een aantal verdachten veroordeeld door de rechtbank, waaronder de vermoedelijke schutters. Noureddine H. wordt gezien als een van de opdrachtgevers voor de moord. Verder zou H. ook betrokken zijn geweest bij de voorbereidingen om de inmiddels tot levenslang veroordeelde Naoufal ‘Noffel’ F. te liquideren in Berlijn in 2016.
In februari van dit jaar krijgt de Spaanse politie bericht uit Nederland dat H. mogelijk verblijft in de provincie Malaga. Enkele familieleden van H. zouden ook al verhuisd zijn naar Spanje. De Spaanse politie besluit daarop om de familieleden voor een langere periode te observeren. Ze merken op dat de familie van H. op hun hoede is en zelfs contra-observa-ties uitvoert, zo meldt de Guardia Civil. Tijdens een van die observaties krijgen ze de voortvluchtige H. in beeld. Hij zit ondergedoken in een afgeschermd complex in een buitenwijk van Marbella. Daar wordt hij aangehouden. De beelden van zijn arrestatie worden vervolgens verspreid.
Een ander voorbeeld van een voortvluchtige Nederlander in Spanje is die van Tony de G. De G. werd op 13 oktober 2017 aangehouden in de kustplaats Chiclana de la Frontera, in de provincie Cádiz. De G. was een paar maanden eerder betrokken bij de liquidatie van de Amsterdamse crimineel Jair Wessels, op de parkeerplaats bij het treinstation in Breukelen. Na de moord is Tony de G. naar Spanje gevlucht waar hij volgens de Spaanse politie een relatief rustig leventje leidde. Dat was alleen van korte duur.
Tony de G. was lid van motorclub Caloh Wagoh en is inmiddels kroongetuige in het grote liquidatieproces ‘Eris’ tegen een aantal leden van de motorclub. Volgens De G. is Caloh Wagoh een moordcommando van Ridouan Taghi en andere opdrachtgevers in de onderwereld.
NA DE MOORD OP JAIR WESSELS IS TONY DE G. NAAR SPANJE GEVLUCHT WAAR HIJ VOLGENS DE SPAANSE POLITIE EEN RELATIEF RUSTIG LEVENTJE LEIDDE. DAT WAS ALLEEN VAN KORTE DUUR
Toevluchtsoord
Het zijn drie voorbeelden van zware criminelen die in Spanje onderduiken om uit handen van politie en justitie te blijven. Met name de Spaanse costa is aantrekkelijk voor Nederlandse criminelen. Als toevluchtsoord, maar zeker ook om ‘zaken te doen’. In de nieuwe Videoland-serie Costa del Crime gaat misdaadverslaggever Mick van Wely op zoek naar antwoord op de vraag waarom Spanje zo aantrekkelijk is voor Nederlandse criminelen. “In eerste instantie vanwege het klimaat,” zegt Manuel González, van de Guardia Civil in Cádiz, in Costa del Crime. “Maar buiten het klimaat hebben mensen hier ook de kans om vrij anoniem te leven.
Dat komt omdat veel Europeanen zich hier hebben gevestigd.” Criminelen vallen dus niet zo snel op tussen hun landgenoten. En in de kustprovincies Malaga en Cádiz heb je veel urbanizacións, een soort afgesloten en beveiligde woonwijken, waar criminelen volgens González zich makkelijk kunnen terugtrekken. Ideaal dus voor mensen die op de vlucht zijn. Antonio, van de Policia Nacional:
‘DE NEDERLANDERS ZIJN DEGENEN DIE DE DRUGS KOPEN EN HET TRANSPORT REGELEN. ZE HEBBEN EEN HELE BELANGRIJKE EN ONMISBARE ROL IN DEZE CRIMINELE ORGANISATIE’
“Er zijn veel leden van organisaties die zich aan de Costa del Sol verstoppen en dankzij ons werk zijn er tussen de zestig en zeventig arrestaties per jaar van mensen die worden gezocht door andere Europese landen.” Maar buiten het gunstige woon- en leefklimaat heeft de Costa del Sol nog een belangrijk voordeel. “We liggen dichtbij Marokko, de grootste hasjproducent ter wereld. De kortste route over het water is nog geen 15 kilometer,” aldus González. De hasjsmokkel uit Marokko is een enorm probleem voor de Spaanse politie en douane. De drugs komen op allerlei manieren het land binnen. In vrachtwagens die met een veerboot de overtocht maken, in containers op schepen en in zogenoemde ‘go-fastboten’. Dat zijn snelle boten die vol met drugs naar de Spaanse kust varen, waar andere criminelen op de balen met hasj staan te wachten om het verder te transporteren.
Het is al jaren een kat-en-muis-spel tussen de criminelen en de opsporingsdiensten.
Maar naast de kilo’s hasj, komen er ook tonnen cocaïne binnen in de Spaanse havens. In de meeste gevallen zit de coke verstopt in containers uit Zuid-Amerika. Een bekende doorvoerhaven is die van Algeciras, diep in het zuiden van Spanje.
Corruptie
En, net als in de havens van Rotterdam en Antwerpen, is corruptie in Spanje een groot probleem. Dat zegt Nuria Carracedo González, hoofd van de douane in Algeciras, in de nieuwe Videolandserie. Medewerkers van het haventerrein halen volgens haar sporttassen vol coke uit de containers, nog voordat de douane controles kan uitvoeren. En zo komen duizenden kilo’s coke via de havens het land binnen, om vervolgens naar verschillende Europese landen doorgevoerd te worden. Ook Nederlandse criminelen zijn verantwoordelijk voor de cokesmokkel via de Spaanse kust. Ze werken vaak samen met Spanjaarden, Fransen, Marokkanen en Engelsen.
Maar de cocaïne komt uiteraard niet alleen binnen via deze containerroute. In 2019 krijgt de Guardia Civil in Cádiz een criminele organisatie uit Nederland in beeld, die ruim 1000 kilo coke via Spanje wil binnenhalen. De cocaïne is met een soort sleepboot onderweg vanuit Suriname. Het is de bedoeling dat de boot richting de kust van Afrika vaart om daar de balen cocaïne, verpakt in pakketten van 30 à 40 kilo, over te laden op kleine snelle boten. Deze boten moeten vervolgens richting de Spaanse kust varen om het daar aan land te brengen. Het is een veelvoorkomende route die gebruikt wordt door criminele organisaties.
Grupo H
Uit het Spaanse politiedossier blijkt dat ‘Grupo H’ (groep H) verantwoordelijk is voor het transport. De letter H staat voor een oer-Hollandse achternaam. De Nederlanders werken samen met Spanjaarden, Marokkanen, Fransen en Engelsen. Een van de hoofdverdachten is de 44-jarige Patrick G., geboren in Oldenzaal, vlakbij Hengelo. Hij staat ingeschreven op een adres in de Spaanse stad Tarragona, net onder Barcelona.
Terwijl de coke onderweg is vanuit Suriname naar de Afrikaanse kust, maken verschillende leden uit de criminele organisatie de speedboten gereed, waar ze de drugs op willen overladen. Dat gereedmaken gebeurt in Frankrijk, Spanje en Marokko. Wat de groep alleen niet weet, is dat de politie in die landen de criminelen al een tijdje in de gaten houdt. Ze worden geobserveerd door politieteams, die hun bevindingen weer met elkaar delen.
Zo ziet de Franse politie dat Patrick G. en de Nederlander Abderrahim J. (34) op 18 september 2019 een belangrijke ontmoeting hebben met de Brit Sean Robert C. (33) in de haven van de Franse kustplaats Carteret. C. wordt ook gezien als een van de hoofdverdachten. Ze zijn druk bezig met een speedboot, die later richting Marokko vaart. Onderweg krijgen ze nog problemen met het brandstofsysteem, waardoor een van de criminelen, de Fransman Abdoullah L., vanuit Nederland met een onderdeel naar Malaga vliegt, zo tekent de politie op. De Fransman wordt op het vliegveld gevolgd door de politie en vastgelegd door bewakingscamera’s.
Uiteindelijk zetten de snelle boten koers richting de kust van Senegal en Gambia. Het is de bedoeling dat de coke daar op open zee wordt overgeladen. De Guardia Civil werkt op dat moment samen met de Franse en Senegalese autoriteiten aan een plan om de criminelen te arresteren. Dat gebeurt in de vroege ochtend, rond 04.00 uur, van 31 oktober 2019. De drugs zijn op dat moment al overgeladen van het moederschip, dat was vertrokken uit Suriname. De politie is bang dat het nog een keer wordt overgeladen op verschillende boten, want dan zijn ze de controle kwijt. Daarop besluiten ze in te grijpen.
De boot vol coke wordt bemand door Sean Robert C., Said L., en John S. (52), een Rotterdammer die geboren is in Suriname. Hij zou volgens de Spaanse politie garant hebben gestaan voor het miljoenentransport uit Suriname. Uiteindelijk blijkt er 1020 kilo cocaïne aan boord te liggen. Een enorme drugsvangst voor de Spanjaarden in samenwerking met de Senegalezen. Op verschillende locaties in Spanje, Frankrijk en Nederland worden in totaal twaalf verdachten aangehouden, waaronder Patrick G. die een belangrijke rol zou hebben gespeeld. In een Franse krant die over de zaak schrijft, wordt hij zelfs de ‘grote baas’ genoemd.
Liquidaties
Dit is een van de velen drugstransporten via de Spaanse costa’s waar Nederlanders bij betrokken zijn.
De Spaanse politie heeft het er druk mee. “De Nederlanders zijn degenen die de drugs kopen en het transport regelen. Ze hebben een hele belangrijke en onmisbare rol in deze criminele organisatie,” aldus Manuel González van de Guardia Civil in Cádiz.
Maar waar drugshandel floreert, zijn schietpartijen, ontvoeringen en liquidaties het gevolg. De Costa del Sol heeft de laatste jaren veel last van het vuurwapengeweld tussen criminele organisaties. In de Videoland-serie wordt een aantal liquidaties besproken, waaronder de moord op de Utrechter Hamza Ziani (34) op 27 oktober 2018. Volgens Antonio van de Policia Nacional in Malaga zat Hamza Ziani die avond samen met een vrouw van een makelaarskantoor te eten in restaurant Tiki, aan de boulevard van de badplaats Torremolinos. Rond 20.50 uur komt er een man met een bivakmuts het restaurant binnenlopen, die begint te schieten op de Nederlander. Ziani wordt geraakt door vier kogels en overlijdt later in het ziekenhuis. Wonder boven wonder raakt er voor de rest niemand gewond in het restaurant. Hamza Ziani is een bekende van de politie, zowel in Spanje als Nederland. De Spaanse politie heeft kort voor de moord nog informatie gekregen dat hij betrokken zou zijn bij een groot conflict binnen de Nederlandse onderwereld. Hamza Ziani zou behoren tot de groep tegenstanders van de gevreesde topcrimineel Ridouan Taghi.
De moord op Ziani is officieel nog altijd onopgelost, maar volgens Antonio van de Policia Nacional in Malaga, hebben ze wel degelijk zicht op de mogelijke daders. Namelijk een Nederlands moordcommando, die ook verantwoordelijk zou zijn voor een andere liquidatie aan de Costa del Sol: de moord op Abdelhadi ‘Marco’ Yaqout in januari 2019 in Marbella.
Moordcommando
De 49-jarige Marco Yaqout was een bekende ondernemer in Marbella, de ‘maffia-hotspot’ van Zuid-Spanje. Hij had een aantal horecazaken en nachtclubs in de luxe jachthaven Puerto Banus. Als Yaqout in de nacht van 20 op 21 januari 2019 thuiskomt in zijn peperdure Bentley, wordt hij bij de oprit onder vuur genomen door twee schutters met automatische wapens. Getuigen vertellen tegen een lokale journalist dat ze twee keer een korte salvo horen. Marco Yaqout is kansloos en overlijdt achter het stuur van zijn auto. Volgens de Spaanse politie zou de ondernemer betrokken zijn geweest bij het witwassen van drugsgeld van grote internationale criminelen. Mogelijk is dat hem fataal geworden.
In het onderzoek naar de moord op Yaqout stuit de Spaanse politie op een Nederlands moordcommando; zogenoemde sicario’s die worden ingevlogen om liquidaties te plegen. Na een intensieve samenwerking tussen de Nederlandse en Spaanse politie worden in maart 2020 – ruim een jaar na de moord op Yaqout – zes leden van het moordcommando gearresteerd. Vier van hen worden bij de grensovergang met Spanje aangehouden. In de auto worden vuurwapens aangetroffen in een verborgen ruimte. Volgens de Spaanse politie was het viertal op weg naar Barcelona om een nieuwe liquidatie te plegen.
Enkele leden van dit moordcommando zouden in Nederland ook moorden hebben gepleegd en zijn verdachten in de grote liquidatieprocessen.
Opvallend genoeg zegt Antonio van de Policia Nacional in Costa del Crime dat leden van dit commando ook verantwoordelijk zijn voor de moord op de Utrechter Hamza Ziani. “We zijn ervan overtuigd dat de moordenaars van de twee zaken, van Ziani en van Marco, een bende is van Nederlandse huurmoordenaars.” Dat zou een doorbraak zijn, want vooralsnog staat de moord op Ziani nog altijd in de boeken als onopgelost.
HASJHANDELAAR ‘KLEINE WILLEM’ DOET ZIJN VERHAAL
Ex-hasjhandelaar Willem de Moor, oftewel ‘Kleine Willem’ is een van de personages die opgevoerd worden in de serie Costa del Crime. Hij vertelt dat ze vroeger duizenden kilo’s hasj vanuit Marokko via Spanje naar Nederland haalden. De oude penoze uit Amsterdam had in de jaren zeventig verschillende coffeeshops die bevoorraad moesten worden, maar uiteraard vlogen er ook kilo’s hasj onder de toonbank door.
Kleine Willem woont nog altijd in Spanje. “Het is lekker rustig en ontspannen hier.
En natuurlijk een perfect zonnetje,” aldus Kleine Willem, die naar eigen zeggen miljoenen guldens heeft verdiend aan de hasjhandel. “Vroeger ging alles via Spanje. Met het gewone transport van goederen, groenten en ananas kon het zo naar Nederland.” De controles waren lang niet zo goed als nu en de opsporingsdiensten hadden andere prioriteiten. Criminelen konden gewoon hun gang gaan.
Maar het ging ook weleens mis. Zo vertelt Kleine Willem over een transport van een paar duizend kilo hasj die voor de kust van Egmond werd ontdekt door de politie. Het was de bedoeling om de hasj met kleine rubberboten naar de kant te varen, maar een oplettende fietser waarschuwde de politie. Een aantal leden uit de organisatie van Willem werd aangehouden. Kleine Willem wist te ontkomen en bleef ruim een jaar op de vlucht voor politie en justitie. Hij zat uiteraard ondergedoken in Spanje.
- iStock e.a.