Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
Geschiedenis van de bamischijf/-bal

Geschiedenis van de bamischijf/-bal

Snack is het Engelse woord voor ‘een tussendoortje’. Maar op de gevel staat ‘tussendoortjeswinkel’ een beetje raar, dus is het snackbar geworden. Een appel is overigens ook een tussendoortje, maar die noemen we geen snack. Nee, ‘snacken’ is ‘een vette bek halen’ en dat doen we al heel lang, heel graag. Dat bewijst onze zevendelige geschiedenis van iconische snacks.

Gefrituurde snacks zijn inmiddels een onderdeel van de Nederlandse identiteit geworden.

Bijna cultureel erfgoed. Het zijn dan ook makkelijk verkrijgbare etenswaren en worden door alle lagen van de bevolking gegeten. Iedereen lust bovendien altijd minimaal één snacksoort, dus er is voor elk wat wils te vinden in de snackbar. Niet voor niets staan in veel woonkamers deze Oranje-zomer schalen vol met frituur-snacks op tafel of wordt de gezamenlijke maaltijd nog even snel bij de snackbar gehaald.

Het is de meest exotische snack die in Nederland verkrijgbaar is: de bamischijf (of bamibal en ook de nasibal/schijf). We hebben deze snack dan ook te danken aan ons koloniale verleden. Aan het begin van de vorige eeuw raakt Nederland enigszins bekend met de Indonesische keuken. Af en toe waagt iemand zich voorzichtig aan een rijsttafel. Maar als Indonesië na de Tweede Wereldoorlog de onafhankelijkheid uitroept, komen veel Nederlanders terug naar huis. En veel van hen hebben nog nooit de Nederlandse keuken geproefd. Erwtensoep of aardappelen met jus zijn voor hen volslagen onbekende kost. Zij zijn de exotische Indische keuken gewend. En die missen ze. Vanaf dat moment wordt de Indonesische keuken in Nederland steeds populairder. En aangezien ook het snacken rond de vijftiger jaren populair is, wordt al snel gezocht naar een snack met een Indonesisch tintje. En omdat ook oud- KNIL-militairen verlangden naar het eten in Indonesië is het dan ook niet toevallig dat Nic Steeman in de zestiger jaren een van de eersten was die in zijn cafetaria in Bakkum nasi- en bamiballen uit zijn frituurvet vist. Nic is namelijk een voormalig KNIL-militair.

Al meer dan vijftig jaar een hit: de bamischijf.

De insteek van het verwerken van restjes zal zeker in de beginperiode hebben meegespeeld in de opkomst van de bami- en nasi-snack

IJsschep

Ook in Amsterdam steken dan de eerste bami- en nasiballen al de kop op. Bami en nasi zijn inmiddels redelijk bekende gerechten in Nederland. Daardoor is de cultuurschok in de snackbar te overzien. En een bami- of nasibal heeft daarnaast nog meer voordelen die het een tamelijk makkelijk inpasbare snack maken. Ten eerste is Nederland al heel goed bekend met een balvormig gerecht, dankzij de gehaktbal.

De vorm is dus herkenbaar.

Bovendien leverde die balvorm voor sommige snackbarhouders die ook een ijssalon in hun pand hadden, het voordeel op dat ze de ijsschep konden gebruiken bij de bereiding van de bami- of nasibal. Daarnaast is een bamiof nasibal een prachtige manier om overgebleven bami of nasi te hergebruiken. Die insteek van het verwerken van restjes zal zeker in de beginperiode hebben meegespeeld in de opkomst van de bami- en nasi-snack.

Hollands glorie: een patatje speciaal met een bamihap.

Probleem bij de bereiding in een balvorm is echter dat de bami en nasiballen vrij moeilijk heet genoeg worden vanbinnen. En je wil als friturist natuurlijk wel dat de hele inhoud van de bal goed op temperatuur is. Een koude kern van de bal maakt de snack immers gelijk een stuk minder lekker. Zeg maar gerust: niet te hachelen.

Daarom begint men in de jaren zestig al te experimenteren met andere vormen. Bij een schijf of blok kan de inhoud makkelijker en sneller worden verhit, door de platte vorm. Zodoende maakt de dan vaak nog ambachtelijk gemaakte bamibal (en ook de nasibal) steeds vaker plaats voor de bami- en nasischijf.

Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de nieuwste Panorama of bekijk het op Blendle.

Lifestyle
  • Goffe Struiksma, iStock