Niels van der Zwan (53) tikt een paar keer liefdevol op de roeiboot.
“Dit was mijn plekje.”
Van der Zwan is tegenwoordig materiaalcommissaris bij Willem III, een roeivereniging in Amsterdam. En laat dat nou net de club zijn die de boot kocht waarin Van der Zwan en zijn zeven kompanen goud wonnen in Atlanta. “Ik zie ’m nog regelmatig in het water liggen, dat vind ik wel mooi. Het is nog altijd een prima boot, maar geen topschip meer.
Er worden geen wedstrijden meer mee gevaren. De veteranen gebruiken ’m nu.”
Zes jaar voor de Spelen van Atlanta, in 1990, wordt het zaadje geplant om een poging te wagen op het koningsnummer van het roeien. “We waren voor een soort feestwedstrijd in Amerika en daar zaten we een keer in de acht. Met Nico Rienks had ik het erover dat we het wel wilden proberen, met De Acht op de Spelen, maar dat ging nog niet. Iedereen zat volop in het traject voor de Spelen van ’92, twee jaar later.”
Die Spelen in Barcelona verlopen teleurstellend voor de roeiers, ook voor Van der Zwan in de vierzonder. Daarna weten ze het zeker: we stappen met z’n achten in een boot. Dat enthousiasme wordt niet overal gedeeld. “Dat konden we in Nederland helemaal niet, met zo’n grote groep roeien. We waren ook de eerste in een acht met olympische ambities. En we waren relatief gezien al wat ouder, dus we werden gekscherend vergeleken met de Zonnebloem, de organisatie die boottochtjes regelt voor mensen met een beperking.”
Niet voor het geld
Als de Holland Acht in het eerste jaar gelijk meedoet om de prijzen, hoeven ze niet meer overal alleen voor op te draaien. “Na dat eerste jaar mocht ook de bondscoach tijd aan ons besteden. Toen werd het echt een project.”
Voor Van der Zwan zelf is het dat al. “Die trajecten van het NOC*NSF kwamen toen net een beetje op. Kon je het minimumloon krijgen, maar ik had al een baan, dus ik kwam niet in aanmerking. Ik deed het ook niet voor het geld, hoor. Puur omdat ik het leuk vond.” Van der Zwan werkt dan in de IT bij IBM. “Ik kreeg betaald verlof, daar had ik geluk mee. IBM was een van de sponsors van de Spelen, die dachten wel mee. We trainden twee of drie keer per dag, dat was wel nodig. Ik moest natuurlijk wel laten zien dat het voor hen de moeite waard was.”
Na een uitzending van het Sportjournaal, waarin de acht roeiers vertellen over hun plannen in Atlanta, neemt de aandacht toe. Van der Zwan legt een ingelijste foto op tafel, waarop de huidige koning in de boot zit. “Een dag na dat filmpje belde het bedrijf Kiwa dat ze ons wel wilden sponsoren. Toen moest die boot nog worden gedoopt. Hebben we Willem- Alexander gevraagd, maar die kon niet, toen heeft Ruud Lubbers het gedaan. Maar later kwam Willem- Alexander alsnog een keer langs.” Een paar jaar later is de kroonprins, dan lid van het IOC, ook een van de eersten om de roeiers te feliciteren met hun gouden prestatie. “Ik dacht: wie komt daar nou aanrennen? Onze sponsor had petjes uitgedeeld op de tribune, hij droeg er ook eentje. Toen zagen we het pas. Verrek, dat is de kroonprins!” Vandaar dat de koning nu ingelijst op een juichfoto hangt in huize Van der Zwan. Gek genoeg hecht hij meer waarde aan de foto dan aan zijn gouden medaille. Hij weet waar ie ligt, maar de plak neemt verder geen prominente plek in. “Voor mij is het een stukje metaal, ik vind de weg ernaartoe veel belangrijker.” Toch draagt Van der Zwan de medaille de eerste dagen na die gouden race in zijn broekzak, om ’m maar dicht in de buurt te hebben. “We reden door Atlanta in een taxi, liet ik die medaille aan de chauffeur zien. Die werd helemaal gek. In Amerika kijken ze toch anders naar zulke dingen dan wij nuchtere Nederlanders.
Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de nieuwste Panorama of bekijk het op Blendle.
- Ruben Eshuis