Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
Exclusief: In gesprek met de echte Ferry Bouman

Exclusief: In gesprek met de echte Ferry Bouman

Uit de editie van 11 december 2019: De Vlaams-Nederlandse serie Undercover is gebaseerd op de drie jaar lang durende undercoveractie van twee Vlaamse agenten bij ‘de bende van Janus van Wesenbeeck’. Hoe waarheidsgetrouw is zo’n serie en wie is Janus? Een gesprek met een van de grootste drugstycoons van ons land, van de wereld zelfs volgens sommigen.

Op maandagmorgen 24 juni 2019 meldt Janus van Wesenbeeck zich bij het hoofdbureau van politie in Eindhoven. Hij heeft gehoord dat de politie hem zoekt voor een inval in april 2016 in Best. Janus: “Toen ik hoorde dat de politie mij daarover wilde spreken, heb ik mezelf maar gemeld.

Ik zei dat ik Ferry Bouman was en dat de recherche me zocht. Na vijftien minuten kwamen ze terug voor mijn paspoort. Ze konden me niet vinden in hun bestand. Toen zei ik: Ik ben Janus van Wesenbeeck.’ Die kenden ze wel.”

Ferry Bouman is de naam van de hoofdfiguur in de serie Undercover, de alom geprezen serie die losjes gebaseerd is op de zaak rond deze Janus. Het is zelfs zo’n succes dat er een tweede seizoen in de maak is. Janus wordt in Undercover gespeeld door de acteur Frank Lammers.

Maar wie is deze Janus?

In het boek Busted van de Australische journalist Keith Moor wordt hij omschreven als een van de grootste drugsproducenten en -smokkelaars ter wereld. De Belgische misdaadverslaggever Joris van der Aa schrijft over hem dat hij meer dan twintig jaar meedraaide aan de top van de internationale georganiseerde misdaad.

Het chalet van Janus in Lommel.

“Maar al die tijd bleef hij een onbekende voor het grote publiek. Vanuit een bescheiden bungalow op de Belgische camping Parelstrand runde de voormalige woonwagenbewoner een criminele multinational die tonnen hasj, amfetamines, xtc en cocaïne verhandelde. Janus spreekt geen tien woorden fatsoenlijk Engels, maar zijn tentakels reiken wel tot in Australië, Dubai, Ecuador, Hongkong, Marokko, Mexico, Venezuela, Zuid-Afrika en Zwitserland. Hij ontsnapte drie keer aan een moordaanslag, maar minstens even vaak duikt zijn naam op als opdrachtgever van onderwereldmoorden. Aan zijn heerschappij komt in 2009 een einde, als de Belgische en Nederlandse politiediensten een ultiem offensief lanceren tegen Janus en zijn clan.”

Woonwagenkamp Eindhoven

Van dat Engels, dat klopt niet. Janus kan er – net als met het Spaans – aardig mee uit de voeten. Geleerd in de gevangenis. Toen hij zich meldde op het politiebureau had hij er net zes jaar celstraf in België op zitten. Hij was in 2009 weliswaar veroordeeld tot veertien jaar, maar in 2015 liet België hem gaan, op voorwaarde dat hij niet meer in België zou komen.

Janus werd geboren in december 1961 en groeide op in een woonwagenkamp in Eindhoven. In 2000 nam hij zijn intrek op camping Parelstrand in Lommel. Van 2006 tot 2009 draaide daar de undercoveractie, even over de grens bij Valkenswaard. Op zondag 14 juni 2009 eindigde die actie met een massale inval op de camping en op twintig adressen in België en Nederland. Janus van Wesenbeeck werd gearresteerd. Inmiddels heeft Janus ontdekt dat er een vies spelletje is gespeeld en dat hij verraden is door een van zijn beste vrienden. Een detail dat in het dossier vakkundig is weggemoffeld. Bovendien is hij vooral veroordeeld op basis van twee valse getuigenissen die in het dossier zijn verdonkeremaand en waarvan zelfs zijn advocaten geen weet hadden.

Janus profileerde zich tussen 2000 en 2009 helemaal niet als een rijke drugsbaron: hij is altijd erg low profile gebleven. De Belgische en Nederlandse justitie kregen geen vat op hem. Janus vertelt nu voor het eerst dat een normale undercoveractie op hem niet gelukt zou zijn: “Ik had een Belgische magistraat plat, die vertelde dat er een undercoveractie zou worden opgezet. Toen die twee (de undercovers, red.) bij ons op de camping kwamen, wist ik meteen al hoe het zat. We hebben het spelletje meegespeeld.”

Undercovers Billy en Nina

Achteraf gezien riskant. Volgens Janus heeft met name agent Billy (niet zijn echte naam, red.) valse verklaringen afgelegd. Janus: “We hebben recent ontdekt dat de undercoveragenten veel contact hadden met een echtpaar dat ook op de camping stond. Ik weet bijna zeker dat zij de meest belastende informatie over mij aan de undercovers hebben verstrekt: belangrijke telefoonnummers van een stuk of zeven contactpersonen van mij in Europa. Billy zegt in het dossier dat hij bij mij binnen was in de caravan, dat ik mijn telefoon op een gegeven moment opwaardeerde en dat ik het briefje met de opwaardeercode verkreukelde en op tafel liet liggen. Hij zou dat hebben gepakt en meegenomen. Hij verklaarde: Ik pak dat briefje op en van daaruit zijn we verder gegaan. Dat kan helemaal niet. Er is niemand zo voorzichtig als ik met dit soort dingen. Ik verbrand deze codes altijd meteen. Ik zou ook nooit zoiets doen met iemand als die Billy erbij. Feit is dat ze wel over die nummers van die belangrijke contactpersonen van mij in Europa beschikten. Ik denk nu dat het zo is gegaan: ik had ongeveer een half jaar daarvoor een enveloppe met een chip waar die nummers op stonden bij dat Nederlandse echtpaar neergelegd. Ze kwamen net als ik uit Eindhoven, zij was verpleegster, hij zat bij de brandweer, ze hadden niks met criminaliteit te maken, dus op zo’n locatie is het in principe veilig om iets neer te leggen. Nu ben ik erachter gekomen dat dat echtpaar veel contact had met die undercovers. Dat ze elke keer de kachel in de caravan vast aanzetten voordat Billy en Nina (de naam van de andere undercover, red.) kwamen. De undercovers waren er meestal alleen in het weekend. Het was veel logischer geweest als die undercovers dat aan mij hadden gevraagd. Wij stonden namelijk vier huisjes verderop, dat echtpaar bijna een kilometer verder weg. Ik wist wel dat Billy contact had met hen, maar ze praatten met iedereen. Dat ze zo close waren, heb ik pas kortgeleden ontdekt.”

'De gevangenisdirectrice in Hasselt is de duivel in eigen persoon. Zij heeft mijn leven daar tot een hel gemaakt'

Over mijn lijk

Volgens Janus hebben zijn advocaten alles uit de kast gehaald om de waarheid boven tafel te krijgen over de gang van zaken met de undercoveractie, maar officier van justitie Marianne Cappelle hield alles tegen. Janus: “Toen de rechter haar gelastte om met een bepaald deel van het dossier te komen, zei ze letterlijk: Over mijn lijk, nooit ga ik dat geven. Een confrontatie met de undercovers, werd afgewezen. We mochten niet eens schriftelijk vragen aan hen stellen via de onderzoeksrechter.” Voor de veroordeling van Janus van Wesenbeeck is gebruikgemaakt van twee getuigen, die verder niet in het openbare dossier voorkomen. Toch is nu bekend geworden wat de naam is van één van hen.

Janus

Dat zit zo. Voorheen praatte Janus nooit met journalisten, maar toen in april 2019 de serie Undercover op de Belgische televisie werd uitgezonden, kwam er op de website misdaadjournalist.nl een anonieme mail binnen waarin stond dat de drugsbende van Van Wesenbeeck niet ten val is gebracht door undercoveragenten, maar door iemand die diep geworteld was in zijn bende. Die persoon had geruime tijd voor de arrestaties een deal gesloten en onder druk van justitie van alles uit de doeken gedaan. Dit deed die persoon om zijn eigen hachje te redden. Als beloning mocht hij alles houden wat hij had en wat hij bij Janus had verdiend. De naam van die man stond ook bij die anonieme mail. Die naam was Roel S. Janus: “Toen ik dat las, viel het kwartje. Ik beschouwde Roel als een van mijn beste vrienden, ik vertrouwde hem volkomen. Hij heeft heel goed verdiend bij mij en dan heb ik het niet over een paar duizend euro. Een paar maanden voor ik vast ging, kwam hij naar me toe en zei: Ik heb prostaatkanker en wil stoppen. Ik zei: Kut dat je ziek bent, maar als je wil stoppen, oké. Ik zag daar toen niks verkeerds in.”

Roel S. is kort daarna overleden. Voor Janus was dit nieuws over de rol van Roel reden om te kijken of alsnog vastgesteld kon worden of hij ten onrechte was veroordeeld. Alle eerdere pogingen waren mislukt. Ook de procedure bij het Europese Hof leverde niets op.

‘Billy bleef maar drammen’

Janus: “Mijn Belgische advocaat en mijn Nederlandse - Geert-Jan Knoops - waren er helemaal van overtuigd dat we de zaak zouden winnen. Mijn rechten waren geschonden vanwege het niet mogen ondervragen van de undercoveragenten. Ik was vanaf het begin al op de hoogte van de actie. Ik ben veroordeeld voor de smokkel van 15.000 kilo hasj en 600 kilo amfetamine, een ‘spookpartij’: er is nooit een transport geweest, dat is ook officieel vastgesteld. Het zou ook wel heel onaannemelijk zijn dat wij ons echt hebben ingelaten met een drugstransport. Die undercover, Billy, bleef maar drammen tegen me dat hij boten moest ophalen in de Cariben. Of hij voor mij coke kon meenemen. Ik heb hem nooit niks gevraagd dus dit is uitlokking in mijn ogen. Ik heb toen gezegd: Oké. Hij zei: Het kost 2500 per kilo. Ik zei: Is goed. Hij gaf me meteen de coördinaten. De coördinaten lagen toevallig op Amerikaans grondgebied. Ik weet zeker dat als ik daarheen was gegaan, ik zou zijn gearesteerd. Met die coördinaten heb ik mijn kont afgeveegd. Hij bleef pushen, hij wilde weer gaan laden. Ik zei: Oké, geef me alle paspoorten van de personen op de boot. Ik wil de boot zien en alles

wat erbij hoort. En de plaats waar je binnenkomt, waar je gaat lossen.’ Hij zei: Oké, regel ik, en hij vertrok.”

Janus: 'Het was wel een lekker wijf, die undercover, we zaten allemaal achter haar aan. Ze liet zich ook wel pakken'

Deze gang van zaken verschilt nogal met hoe het in de serie Undercover wordt gebracht. Daar komt de apotheose in de laatste aflevering. De undercovers Nina en Billy kondigen aan te gaan trouwen, iedereen moet erbij zijn en dan volgt de inval. Op het allerlaatste nippertje is de grote partij drugs die onderweg was aangetroffen. Janus: “In werkelijkheid zijn er nooit drugs aangekomen. Het trouwfeest klopte wel. Een beetje. Ik zag het dagen van tevoren al aankomen, toen Billy had aangekondigd dat hij Nina ten huwelijk ging vragen en dat wij daar allemaal bij moesten zijn. Het stelde niks voor, er was een partytentje van drie bij drie meter, die stond er al: de vorige avond was daar de verjaardag van een nichtje van mij gevierd.

Toen Billy zei dat hij Nina ten huwelijk ging vragen, heb ik ’s nachts alles opgeruimd wat de politie niet hoefde zien.”

Het huisje van de undercovers Billy en Nina.

De rol van Roel

Janus neemt zijn duurbetaalde advocaten nogal kwalijk dat ze niet meer voor hem hebben gedaan. “Ik had een plan bedacht om de undercovers uit te schakelen. Ik moest hen iets laten doen wat ze niet mochten. Tijdens een rit naar Valkenswaard gaf ik vlak voor de grens mijn pistool aan Billy: Pak jij hem even bij je, jou controleren ze niet. Dat heeft hij gedaan. Er waren getuigen bij, ik heb alles aan mijn Belgische advocaat gegeven, die zou er samen met zijn Nederlandse collega werk van maken, maar dat heeft hij nooit gedaan.”

Toen was trouwens ook nog niet bekend dat er gebruik is gemaakt van twee getuigen die niet in het openbare dossier voorkomen. Janus: “Achteraf wordt er van alles duidelijk. We vonden het allemaal al vreemd dat Roel als enige niet was aangehouden. Zijn naam kwam in het dossier helemaal niet voor. Hij was opgeroepen als getuige, maar hij is nooit gekomen. Toen begreep ik niet waarom. Nu wel.”

Inmiddels is duidelijk dat Roel S. wel degelijk in het dossier voorkomt, maar bewust is weggemoffeld. Janus heeft stukken in handen gekregen over observaties van ‘rechterhand’ Robert van V.; op 28 oktober 2008 wordt Robert ‘opgemerkt in de Bennekelstraat ter hoogte van een perceel. Hij haalde een grote witte tas uit de Audi. Hij komt later uit dat perceel zonder iets in de hand.’

Het gaat hierbij om twee naast elkaar gelegen panden, in Eindhoven. Het ene is het adres van Roel S.; in het dossier staat genoteerd dat het om een onbekend persoon gaat. Uit niets blijkt dat er moeite is gedaan na te gaan wat er in de tas zat en wie er op dat adres woont. Op 14 april 2009 rijdt Robert om 9.23 uur opnieuw naar de Bennekelstraat. Ook dan wordt er niets vermeld over wat hij daar te zoeken had. Het is duidelijk dat in dit openbare deel van het dossier de naam van Roel niet mocht voorkomen.

De serie Undercover eindigt met de inval van de politie op de camping. En met een lichte anticlimax: beide undercovers kijken treurig, dan volgt meteen de persconferentie waar de federaal procureur zegt dat “een grootscheeps onderzoek in samenwerking met de Nederlandse politie heeft geleid tot het oprollen van een van de grootste xtc-bendes van Europa.”

In het tweede seizoen van de serie speelt Janus opnieuw een prominente rol, dit keer toegespitst op wapenhandel. Janus: “Allemaal onzin, ik heb nooit wat met wapenhandel te maken gehad. Ik had liever gehad dat ze het over het vervolg voor mij zouden hebben. Ik werd naar de gevangenis in Hasselt gebracht. De directrice daar is de duivel in eigen persoon. Myriam Coucke. Ze is goede vrienden met de onderzoeksrechter en de procureur. Ze zei: Gaat u zitten. U moet bekennen.’ Ik zei: Lelijke idioot, jij hoeft mij alleen op te sluiten, wat heb jij ermee te maken?

Daar kom je nog wel achter, zei ze. Dat klopt, daar ben ik achter gekomen. Zij heeft mijn leven in de gevangenis tot een hel gemaakt.”

En niet alleen dat van hem volgens Janus. “In de gevangenis in Brugge kregen we het slechte nieuws dat mijn vrouw hartkanker had. Ze moest een risicovolle operatie ondergaan. Ik wilde er graag bij zijn, maar dat werd afgewezen. De operatie is gelukkig goed gegaan, mijn vrouw moest beginnen met revalideren. Ik heb de directrice toen gevraagd of ik wegens deze omstandigheden dichter bij mijn familie in een gevangenis kon komen. Ze zei: Ze heeft hartkanker, ze gaat toch dood. Dus nee.

Wat moet je dan zeggen? Wat een honden.”

Janus ontsnapt aan aanslagen

In aflevering 7 van de serie Undercover wordt er een aanslag op Ferry (Janus) gepleegd, waarbij hij gewond raakt. Janus: “Wat klopt is dat ik twee keer doelwit van een schietpartij ben geweest. Ongeveer anderhalf jaar nadat de undercoveractie was begonnen in juni 2006 kwam de politie naar me toe dat ik geliquideerd zou worden. Ik ben toen weggegaan bij mijn familie, voor de veiligheid heb ik enige tijd in een flat in Valkenswaard gezeten. In november 2008 is daar een aanslag op mij gepleegd.” Voor Undercover lijkt een andere aanslag de inspiratiebron te zijn geweest. Janus:

“Drie maanden later, op 2 februari 2009, schoot Piet Pfaff – een familielid met wie ik al langer ruzie had - bij de McDonald’s in Best dertien keer op mij. Ik ben toen gewond geraakt door een schot in mijn arm. Dit gebeurde onder het toeziend oog van observatieteams van Nederland en België. Piet zei later dat hij uit noodweer had geschoten, maar ik had helemaal niet op hem geschoten. Piet is veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf voor deze aanslag.

In december 2016, op mijn verjaardag, is hij overleden aan botmergkanker.”

Frank Lammers en de anderen

In de serie Undercover wordt de rol van Janus (‘Ferry Bouman’) gespeeld door Frank Lammers.

Janus z’n rechterhand Robert van V. (‘John’) uit Eindhoven wordt gespeeld door de vooral van Penoza bekende acteur Raymond Thiry. De serie won verschillende internationale prijzen. De rol van undercoveragent Billy wordt gespeeld door de Belgische acteur Tom Waes, die van undercoveragente Nina door de Nederlandse actrice Anna Drijver.

In de serie papt deze Nina aan met de vrouw van Janus. In werkelijkheid ging ze het meest om met de dochter van Janus. De undercovers hebben in de serie ook seksueel contact met elkaar, in werkelijkheid was daar geen sprake van. Het viel bijna iedereen op dat ze juist heel weinig affectie toonden en dat Billy op de bank sliep en niet in de slaapkamer. In het echt had Nina warme gevoelens voor andere betrokkenen, die haar ‘een goeie neukerd’ noemen.

De Chinezen

Aflevering 1 van de serie Undercover begint met twee Chinezen die in een xtc-labo-ratorium aan het werk zijn en met een ketting aan elkaar vastzitten. Ze krijgen ruzie, de één steekt de ander dood en vlucht, met de ketting aan zijn been. De Chinees en een bendelid worden vermoord door ene ‘John’.

Janus: “Ik heb wel moeten lachen om de serie, maar dit is echt onzin. Ik heb nooit een xtc-laboratorium gehad, ik ben handelaar. Robert en ik hebben nog nooit iemand doodgeschoten. Ik koop handel, verkoop dat door en transporteer het. In Nederland waren een stuk of veertig groepjes die labs draaiden. Ik werd er wel van verdacht PMK, grondstof voor het maken van de pillen, aan labs te hebben geleverd. Over xtc-productie doen allerlei gruwelverhalen de ronde. PMK komt uit China. Vandaar dat ze in die serie met die Chinezen komen waarschijnlijk.”

In de serie is er al snel contact tussen de undercovers en de kampers. Janus: “In werkelijkheid heeft het anderhalf jaar geduurd voor ze contact met ons kregen. Nina verklaarde zelf: Janus praat niet met vrouwen, ik heb nergens met hem over gepraat. In zijn cultuur zijn vrouwen voor kinderen en om eten te koken. Het was wel een lekker wijf, die Nina, we zaten allemaal achter haar aan. Ze liet zich ook wel pakken. Ik kan over haar niks verkeerds zeggen. Wij zeggen: de vrouw mag alles eten, maar niet alles weten.”

Melanie, de dochter van Robert van V., zegt: “Die undercovers hebben mij wel gevraagd mee te gaan vissen of naar hun appartement te komen kijken in Knokke, maar ik mocht ze niet, ze waren niet echt. Mijn moeder had ook al een keer gezegd: Bende ge van de wouten of wa? Toen deden ze heel verbaasd.”

Misdaad
  • Hendrik Jan Korterink e.a.