Post-it
De post-it is het resultaat van een mislukte poging een superlijm uit te vinden. In 1968 wil wetenschapper Spencer Silver namelijk voor 3M Laboratories een nieuwe, zeer sterk hechtende lijmsoort ontwikkelen. Al snel merkt hij dat hij helaas juist een erg matig hechtende lijm heeft uitgevonden. Teleurgesteld legt hij het resultaat van zijn poging ergens achter op een plank, waar het vijf jaar blijft liggen. Dan gaat een collega, Arthur Fry, er mee aan de slag om er boekenleggers mee te maken die zich hechten aan het papier, maar geen schade berokkenen. Fry, een fervent kerkbezoeker, wil ze in zijn boeken met kerkliederen plakken, omdat losse papiertjes daar steeds uit vallen. Maar hij merkt al snel dat de matig plakkende papiertjes vooral worden gebruikt om boodschappen achter te laten. Berichtjes die op telefoons, dossiers, bureaus en wat dan ook geplakt worden. Fry ziet gelijk brood in het product en in 1977 debuteert post-it in de winkelschappen. Het duurt wel even voor het publiek het product omarmt, maar wanneer dat eenmaal gebeurt, gaat het ook goed los. Nog altijd, dik veertig jaar later, kom je ze overal tegen. Of je ziet een raam vol post-its die samen een Pacman vormen. De slechte lijm op een boekenlegger is dus een communicatiemiddel geworden.
Play-Doh
Play-Doh werd in 1930 in Amerika door Noah McVicker ontwikkeld voor zeepfabrikant Kutol Products. Het kneedbare spul was bedoeld om roet(resten) van het behang af te krijgen. Een schoonmaakmiddel tegen de gevolgen die het stoken van kolen had dus. Het had ook wel succes, tot het afwasbare behang op de markt kwam én er steeds minder met kolen gestookt werd. Toen uitvinder McVicker hoorde dat kinderen op school leuke figuurtjes met zijn overbodig geworden middel boetseerden, haalde hij het ingrediënt om schoon- en vetvrij te maken uit de klei, voegde een kleurtje aan toe en noemde het Play-Doh, dat je kunt vertalen als speeldeeg. In 1956 werd het voor het eerst als speelgoed gedemonstreerd, sindsdien is het een van de meest populaire speeltjes ter wereld geworden. Er is meer dan 700 miljoen pond van verkocht en de kenmerkende geur van het goedje is zelfs gebruikt om er een parfum van te maken.
Listerine
Tegenwoordig nemen we er een slokje van, gorgelen en spoelen ermee en spugen het dan weer uit. Maar Listerine werd in eerste instantie voor heel andere zaken ontwikkeld.
Op basis van Joseph Listers onderzoeken om ontsmettingsmiddelen te fabriceren, ontwikkelde dr. Joseph Lawrence in 1879 het middel Listerine. Het werd gebruikt om operatieruimtes en vloeren mee te reinigen en te desinfecteren. Later werd het ook gebruikt om zweetvoeten, wonden en zelfs gonorroe mee te behandelen. Pas rond 1920 werd het als ontsmettingsmiddel aan tandartsen geleverd. Vervolgens werd het gebruikt als mondspoelmiddel.
Theezakjes
Ten tijde van de Eerste Wereldoorlog werd het theezakje ontdekt. Oorspronkelijk stuurde een Amerikaanse fabrikant zijn thee naar klanten op in kleine katoenen zakjes, puur bedoeld als verpakking. Tijdens de oorlog kopieerden de Duitsers het idee om zo thee te leveren aan soldaten aan het front. Die kieperden de thee echter met zakje en al in de thee.
En plots was een verpakking een product geworden.
Coca-Cola
Coca-Cola kennen we inmiddels als een zeer populaire frisdrank. Maar John Pemberton, een apotheker en veteraan uit de Amerikaanse burgeroorlog, bedacht het drankje voor heel andere doeleinden. Door aandoeningen en verwondingen die hij overhield aan de oorlog was hij verslaafd geraakt aan morfine. Als apotheker kende hij de gevaren van morfine, dus ging hij op zoek naar een alternatief. Het drankje dat hij met cocabladeren ontwikkelde was bedoeld als middel tegen hoofdpijn en zenuwaandoeningen. In het origineel van het door hem ontwikkelde drankje zat behalve coca ook alcohol.
Hij noemde het daarom ‘Pemberton’s French Wine Coca’. Toen in 1885 alcohol in Amerika verboden werd, maakte Pemberton zijn drankje voort-aan met cocabladeren en kolanoten. En omdat hij er toen ook koolzuurhoudend water aan toe ging voegen, werd het een frisdrank, een drank die door het alcoholverbod tijdens de drooglegging de wind in de zeilen kreeg en uitermate populair werd.
Magnetron
Percy Spencer wilde radarapparatuur verbeteren en was bezig met een test van een apparaat dat hij uitgevonden had. Tijdens die test merkte hij dat de reep chocolade in zijn broekzak smolt.
Dat vond Spencer interessant en om te kijken of dat door zijn uitvinding kwam, legde hij een maiskolf bij de apparatuur. Waarna hij zag hoe deze begonnen te poffen. Een verbetering van de radar zat er na zijn testen niet in, wel had hij per abuis de magnetron uitgevonden.
Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de nieuwste Panorama of bekijk het op Blendle.
- iStock, Unsplash