Ook was ze Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Verder ontving zij in 1965 en 1972 de theaterprijs de Colombina en werd zij, in het begin van haar carrière, drie keer benoemd tot Actrice van het jaar. Ook kreeg zij de prijs van de stad Rotterdam. In 2004 mocht de toneellegende, de Blijvend Applaus Prijs in ontvangst nemen voor haar gehele oeuvre.
Net na de oorlog nam haar carrière een grote vlucht toen ze werd ontdekt door Cees Laseur. Hij was haar grote leermeester. Bij de Haagse Comedie speelde Andersen onder zijn regie onder andere Perpetua in Venus Bespied, Yerma in Yerma van Carcia Lorca, en Jeanne d’Arc in de Leeuwerik van Jean Anouilh, maar ook Ophelia in Shakespeares Hamlet. Zij vervolgde haar carrière bij de Nederlandse Comedie. Daar stond zij onder andere 189 keer op de planken als Jeanne, een Vlaamse volksvrouw, in het stuk Vrijdag, geschreven en geregisseerd door Hugo Claus.