5. Seizoen 2015/2016
De grootste teleurstelling uit de trainerscarrière van Frank de Boer? Nee, niet dat hij al na 84 dagen ontslagen werd door Internazionale. Ook niet dat hij met het Nederlands elftal strandde in de achtste finales van het EK 2020 tegen Tsjechië. Zijn grootste deceptie beleefde hij op zondagmiddag 8 mei 2016 in Doetinchem.
Het beeld dat bij die dag hoort: Frank de Boer, zittend op de voorste rij van de spelersbus van Ajax. Hij – wit overhemd, zwarte stropdas – was op dat moment de personificatie van het woord ontgoocheld. “Je onthoudt vaker de negatieve dingen dan de positieve dingen,” zou De Boer er jaren later over zeggen bij Fox Sports. “Dit is er wel eentje die heel vaak boven komt drijven.”
Want wie had er nog rekening mee gehouden dat Ajax de landstitel zou verspelen? De Amsterdammers, al vier keer kampioen onder De Boer, stonden voor de laatste speelronde weliswaar op gelijke hoogte met PSV (beide 81 punten), maar het doelsaldo van Ajax (+60) was veel beter dan dat van de Eindhovense ploeg (+54). En bovendien: Ajax moest naar De Graafschap, dat nog nacompetitie moest spelen om zich te vrijwaren van degradatie. Zij zouden toch wel wat krachten willen sparen? PEC Zwolle-PSV zou niet meer dan een formaliteit zijn. Dus niet. Verslaggevers ter plekke voelden het onheil al naderen voor de Amsterdammers. “Er hing al een soort feeststemming,” vertelde commentator Frank Snoeks jaren later tegen de NOS. “Supporters kwamen in carnavalsoptocht binnen en zongen: Kampioenen, kampioenen! En er werden stickers met ‘Kampioen 2015/2016’ op de spelersbus van Ajax geplakt voor de terugweg.”
De Amsterdamse branie werd steeds gekker. Snoeks: “Wat denk je dat ze daar bij De Graafschap van vonden? Dat werkte als een rode lap op een stier. Als je kampioen kunt worden in het stadion van een ander, dan moet je je enigszins nederig opstellen, vind ik. Maar dat heeft Ajax van nature niet echt in zich.”
En dat hebben ze geweten in Amsterdam. Ajax kwam na een kwartier nog wel op voorsprong via Amin Younes, maar kort na rust werd het ineens gelijk via Bryan Smeets, die nadien door het leven zou gaan als de ‘Beul van Ajax’. “Als team, en dan reken ik ook de staf mee, moet je deze wedstrijd gewoon over de streep trekken,” vond De Boer. “Maar dan loopt het zo af, dat is zó’n teleurstelling.”
PSV profiteerde. Het won mede door twee doelpunten van Luuk de Jong met 3-1 bij PEC Zwolle. Waardoor het onverwachte gebeurde: niet Ajax, maar PSV werd landskampioen.
4. Seizoen 1990/1991
Voetbaljaargang 1990/1991 beleefde een opvallende primeur: voor het eerst werd de competitie op doelsaldo beslist omdat PSV en Ajax gelijke tred hielden vanaf de dertigste speelronde. O, zoete herinnering bij het terugkijken van de beelden. De kekke regenjassen van Ajax-trainer Leo Beenhakker en diens jonge assistent Louis van Gaal, de onberispelijk geklede gentleman Bobby Robson, coach van PSV.
En dan die namen. Bij PSV: Juul Ellerman, Berry van Aerle, Eric Gerets, de Roemeense slager Gheorghe Popescu en natuurlijk de dekselse Braziliaan Romário.
En aan Amsterdamse zijde Michel Kreek, Bryan Roy en de trefzekere Zweed Stefan Pettersson. Cult in optima forma. Ze waren figuranten in een zinderend slot van de competitie.
Dat leek er in eerste instantie niet eens te komen, omdat PSV in de voorlaatste speelronde een pak op de broek kreeg van FC Groningen. Hennie Meijer (3x) en Milko Djurovski, twee namen die de nostalgie nog eens extra voeden, trakteerden de Eindhovenaren op een 4-1-nederlaag in het toenmalige Oosterpark. Weg kampioenschap? Nee, want even later ging ook Ajax onderuit. Het verloor met 1-0 bij SVV uit Schiedam. Heldenrollen waren weggelegd voor de Hagenees Zier Tebbenhoff, die de winnende goal maakte, en doelman Joop Hiele, die de ene bal na de andere uit zijn doel ranselde.
“We kregen die bal er gewoon niet in,” blikte oud-Ajacied Bryan Roy later terug bij de NOS. “Net niet, net niet. Ongelooflijk. Het lag niet aan onze instelling. SVV had toen geen misselijke ploeg. Met Dean Gorré, Orlando Trustfull, Hiele op doel en Dick Advocaat als coach. Zonde. We hadden het moeten doen.”
De misstap van Ajax zorgde er wel voor dat de eredivisie een zinderende apotheose te wachten stond. Ajax en PSV hadden evenveel punten. Met een doelsaldo van +53 begon PSV aan de laatste wedstrijd, thuis tegen Volendam. Ajax moest het met een doelsaldo van +51 thuis opnemen tegen Vitesse. Via transistorradio’s werd de situatie op het andere veld bijgehouden. De spanning was om te snijden. Beide ploegen balanceerden op een dun koord. Scoren was een must, terwijl een tegentreffer dodelijk kon zijn. Totdat Gerald Vanenburg na een half uur de score opende voor PSV.
“Daarna was de wedstrijd een formaliteit en werden we kampioen,” zei toenmalig aanvaller Twan Scheepers nadien in een reconstructie. PSV won met 3-0, een score die ook Ajax neerzet tegen Vitesse. Een verschil van slechts twee doelpunten over een heel seizoen viel in het voordeel uit van de Eindhovense ploeg.
Benieuwd naar de rest van het artikel? Bekijk 'm in de nieuwste Panorama of check het via Blendle.
- ANP, PRO SHOTS e.a.