Zomaar een scène uit Skyfall, misschien wel de beste Bond-film in de recente geschiedenis. Nou ja, ‘zomaar een scène’: die iconische scène waarin James Bond (Daniel Craig) in de metro van Londen de achtervolging inzet op Raoul Silva, de schurk met dat monsterlijke gebit die op weergaloze wijze wordt gespeeld door Javier Bardem. Natúúrlijk rijdt die metro met Silva erin nét weg als James aan komt rennen, natúúrlijk weet James nog nét achterop dat metrostel te springen, maar echt iconisch wordt het pas als ze allebei uitstappen, zich door de mensenmassa wurmen, een deur doorgaan die toevallig openstaat en in een verlaten metrobuis uitkomen waar James en Silva oog in oog met elkaar staan, Silva een bom laat ontploffen en James, geheel op z’n Bonds, zegt: “Die was niet voor mij, toch?”
Waarop Silva antwoordt: “Nee, maar deze wel.”
Door het gat in het plafond dat de explosie veroorzaakt, schijnen de koplampen van een ander metrostel dat op volle vaart door het gat valt, met oorverdovend lawaai neerstort en een ravage aanricht die zelfs voor Bond-begrippen ongekend is. Natuurlijk zou Bond Bond niet zijn als hij niet op het allerlaatste moment kan wegduiken voor het denderende gevaarte, net zoals de schurk geen goeie schurk zou zijn als hij niet via een trap weet te ontkomen, maar dat maakt het dan ook zo’n klassieke Bond-scène. Eentje die Bond-fans van A tot Z kunnen dromen, maar die opeens dichterbij komt dan ze ooit voor mogelijk konden houden.
We zijn in de Expo van Brussel, in de schaduw van het Atomium dat James Bond, als zijn vizier een beetje op scherp staat, met speels gemak kan doorzeven met een raketwerper, als hij dat zou willen. Hier vindt tot en met 14 mei de expositie Bond in Motion plaats, de grootste Bond-tentoonstelling ter wereld met voertuigen, boten, zeppelins en andere voertuigen die in meer dan zestig jaar James Bond en in 25 films zijn gebruikt. Die capsule uit The Living Daylights waarin Jeroen Krabbé als KGB-generaal Georgi Koskov via een tunnelbuis onder het IJzeren Gordijn door raast? Staat hier. De Rolls-Royce Phantom III (uit 1937!) die gebruikt werd in Goldfinger? Present. Schaalmodellen van die kabelbaan in Rio de Janeiro (Moonraker), de zeppelin van Zorin uit A View to a Kill en die onderzeeauto uit The Spy Who Loved Me? Recht voor je neus.
En dat metrostel uit Skyfall staat er dus ook, wat een regelrechte wereldprimeur is. Bond in Motion stond al zes jaar in Londen waar het meer dan negen miljoen bezoekers trok, tot de zomer van 2022 was de expositie te zien in Los Angeles, maar niemand zag dit metrostel dus met eigen ogen. Dat stond sinds Skyfall uitkwam in 2012 namelijk weg te kwijnen in een loods in Engeland, maar mag nu dan eindelijk weer naar buiten, in Brussel dus, waar de eerste en de grootste Bond-expositie ooit op het Europese vasteland plaatsvindt.
Bond-encyclopedie
Jorrit van der Valk en Gosse Drent staan er als kinderen in een snoepwinkel bij. In 2006, het jaar dat Casino Royale uitkwam met voor het eerst Daniel Craig als Bond, startte Jorrit de website jamesbond.nl, wat begon als een hobbyproject, maar inmiddels is uitgegroeid tot een serieuze online-community voor Bond-fans in binnen- en buitenland. Wandelende Bond-encyclopedieën zijn het, voor de opening van deze Bond-expositie uiteraard ook gekleed in pak, die Bond waarschijnlijk ook beter kennen dan zijn geestelijke vader Ian Fleming. Niks is nog een geheim voor ze; elke auto, horloge of andere Bond-gadget hebben ze wel van dichtbij gezien. Maar dus niet dit metrostel. Jorrit, opgetogen en lichtelijk nerveus tegelijk: “Echt ongekend dat dit ding hier staat, in ware grootte nog wel.”
Het was ook wel een dingetje om zo’n groot gevaarte van Engeland naar Brussel te krijgen, weet Meg Simons, hoofdarchivaris van het Bond-archief. Maar liefst 26 vrachtwagens vol Bond-relikwieën maakten de oversteek, zegt ze: “Londen was groot, maar dit is nog veel groter.”
Maar waarom eigenlijk in Brussel, en niet in bijvoorbeeld in Amsterdam, waar nota bene een deel van Diamonds Are Forever uit 1971 werd opgenomen? Of anders in Parijs waar Grace Jones van de Eiffeltoren sprong in A View to a Kill uit 1985? Heel simpel: omdat niemand daar brutaal genoeg was om ‘Bond’ naar hun stad te halen, en in Brussel wel. Stéphane Pisane heet de beste man, nog zo’n Bond-liefhebber van het eerste uur, die als hoofd van een Brussels evenementenbureau naar Londen trok om de expositie te zien en in coronatijd dacht: waarom haal ik het niet naar de Expo in Brussel? Eén telefoontje – nou ja, misschien twee of drie – was eigenlijk genoeg om het productiehuis, en dus ook Meg Simons, te overtuigen om het te doen. Simons: “Tegen zoveel enthousiasme konden we niet op.” Ook niet tegen zoveel ruimte trouwens. Want de plek die er in Brussel is, zoveel ruimte was er niet in Londen en Los Angeles: “Dit is met recht de grootste Bond-tentoonstelling die er ooit is geweest.”
Benieuwd naar de rest van het artikel? Bekijk 'm in de nieuwste Panorama of check het via Blendle.
- James Bond in Motion, BrunoPress, BP, Facebook/Instagram