Voetballers met nagellak. Mannen die zittend plassen. Kerels met knotjes. Anno 2022 kijken we niet zo snel meer op van mannen op vrouwelijk verkenningsgebied. Maar een groepje (hetero)kerels dat wekelijks afspreekt om een striptease-act en stoute danspasjes op te voeren? Onwerkelijk! Toch? Niet als het aan Jack Lumber ligt. En nee, dat is geen mythische houthakker. En nee, ook geen louche pornoacteur. Jack Lumber is wel de enige manlesque-instructeur van de Benelux (en wellicht ver, ver daarbuiten). Manlesque, ook wel male burlesque genoemd, ofwel dansende mannen met stoute bedoelingen. Vanuit journalistieke interesse (boven alles) speur ik de beste man op via Facebook. En jawel, mijn beeld van een mannelijke stripper komt behoorlijk overeen met de profielfoto van deze Jack Lumber. De Belg draagt een houthakkershemd, een scherp getrimd baardje en sierlijke tatoeages op zijn rechterarm. Tot zover de mannelijke kenmerken. Jack kijkt met een ondeugende blik achterom in de cameralens, met zijn handen provocerend op zijn achterwerk. En dat stoere houthakkershemd is mouwloos. Beelden à la The Full Monty, maar dan met Jack Lumber die allerlei lullige danspasjes uitlegt aan een groepje huisvaders in een midlifecrisis, schieten door mijn hoofd. Tja, dan word ik toch wel nieuwsgierig. Op naar België!
Een merkwaardig verzoekje vanuit Antwerpen, op de heenrit naar mijn eerste manlesque-workshop. “Hallo Ryan, nog even een opmerking over jullie fotograaf. Idealiter is dat iemand die zich identificeert als man. Dan blijft het concept van manlesque behouden.” Ik leg de vraag direct neer bij onze beeldman Miller. Midden in een inhaalactie op de Belgische E19 grijpt hij naar zijn klokkenspel. “Uh, ja hoor. Nog steeds.” Een echte mannelijke aangelegenheid dus. Eentje waarbij kledingstukken langzaam worden uitgetrokken. “Waarom doe ik hier ook alweer aan mee?” vraag ik Miller. “Ach, maak je niet druk man. Jij past er zo tussen met die looks van je. Je kan zo door voor toyboy.” Klamme handjes. Een tweede bericht van Jack Lumber: “Ik heb mijn heren gevraagd hun kostuums mee te nemen, ook voor de foto’s. Als je het leuk lijkt, mag jij ook in een wit hemd en een boxershort verschijnen. Of een string.” De eerste angstdruppeltjes glijden langs mijn voorhoofd. Bericht numero drie: “Zorg in elk geval voor comfortabele kledij. Deftig kunnen bewegen zonder angst om ergens uit te scheuren is een pluspunt.” Voor het restant van de autorit gaat mijn telefoon op vliegtuigmodus.
Gigantische spiegelmuur
Het Sinners Dollhouse is geen duister gebouw met knipperende neonverlichting langs de snelweg, maar een achter een statige gevel in hartje Antwerpen verstopte dansschool. We worden vriendelijk onthaald door Jack Lumber, in exact dezelfde outfit als op zijn profielfoto. Ook de leden van zijn dansgroepje druppelen één voor één binnen. Heel groot is die groep niet: van de zeven recreatieve manlesque-dansers die de Benelux rijk is, dansen er vanavond vier met ons mee. Het loopt blijkbaar niet bepaald storm bij de bijzondere dansvorm. In Nederland worden er precies nul workshops of trainingen aangeboden. Voor Nederlandse mannen die hun ondeugende kant willen verkennen in comfortabele kledij is Antwerpen de dichtstbijzijnde optie. “Manlesque is een niche van een niche,” vertelt Jack ons in de zitruimte. “Deze dansvorm is niet aan iedereen besteed.” Daar kan ik mij in vinden. Dansen kan ik sowieso niet, laat staan nuchter, laat staan in een tangaslip, laat staan tussen een stelletje vreemde kerels. “Kijk, jij loopt dadelijk die grote danszaal binnen,” schetst Jack alvast. “Het eerste wat je zal zien, is de gigantische spiegelmuur. Jezelf dus. Nou, als jij dan niet lekker in je vel zit, of jezelf niet comfortabel voelt in een boxer of slipje en wit hemd, dan zullen die eerste seconden al direct confronterend zijn.” Ik knik bevestigend en probeer niet te laten merken dat ik keihard wil wegrennen. “Go with the flow, vervolgt Jack. Gewoon zo ver gaan als je zelf wil. Niets doen waar jij je niet fijn bij voelt. Dat zeg ik tegen al mijn dansers. De één eindigt onze danssessies altijd in een korte broek, de ander in alleen zijn hartjesslipje.”
Zelf is Jack ‘erin gerold’, vertelt hij. Dankzij zijn vrouw, een fanatiek burlesque-danseres. “Een paar jaar terug vroeg zij mij in te vallen tijdens een van haar shows. Razend enthousiast was ik niet, maar ik besloot haar toch maar te helpen. Daar stond ik dan, in een halve toga en ontbloot bovenlijf, voor een bomvolle zaal. Na die eerste shock viel het mij alles mee. Best leuk zelfs, al die gillende toeschouwers. Een paar maanden later ontstond het idee van een gezamenlijke act met mijn vrouw. Het burlesque-wereldje trok mij inmiddels aan. De humor, het overdreven showelement, het cabaret. Gaandeweg kreeg ik er steeds meer plezier in. Toen dacht ik: waarom bestaat zoiets eigenlijk niet voor mannen?”
Tangaslips en peniskapstokjes
En zo geschiedde. Sinds 2018 verzorgt Jack zijn wekelijkse workshops. Met nog altijd maar zeven andere mannen. Groeien blijkt lastig. “Door de jaren heen kwamen er zo’n dertig mannen een keertje bij mij kijken. Veruit de meesten van hen kwamen nooit meer terug. En dan heb ik het echt niet alleen maar over dikke of lelijke kerels die zich voor hun lichaam schamen. Zo gaf ik deze workshop eens in fitnesscentrum. Stonder er 25 bodybuilders met mooiere lichamen dan het mijne voor mijn neus. Toch liepen er 22 met doodsangst in hun ogen weg toen ik het woordje burlesque liet vallen. Waarom? Strippen, dansen met je heupen, sexy doen: het is allemaal niet per se heel stoer. Je moet over een grens heen durven stappen. Dat schijnt heel moeilijk te zijn voor veel mannen. In dat opzicht beschouw ik manlesque als een soort therapie voor mannen,” vervolgt Jack. “Ik neem ze mee op een reis, in zichzelf. Manlesque leert je als man kwetsbaar op te stellen, in een groep met andere mannen. En ja, dat kan dus alleen als je je mannelijke ego even opzij kan zetten, kritisch naar jezelf wil kijken en je vrouwelijke kant durft te omarmen. Maar gewoon plezier maken en een beetje lol trappen, als een stel kerels in onderbroek onder elkaar, heeft altijd de hoogste prioriteit.”
Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de nieuwste Panorama of bekijk het op Blendle.
- Amaury Miller