Ongekend onrecht heet het vuistdikke verslag van de commissie Parlementaire Ondervraging Kinderopvangtoeslag dat eind vorig jaar een bom legt onder het kabinet van premier Mark Rutte. De conclusies van de commissie zijn vernietigend: ouders die slachtoffer zijn geworden van de harde aanpak bij de kinderopvangtoeslag is niet alleen ‘ongekend onrecht’ aangedaan, ook zijn de ‘grondbeginselen van de rechtsstaat geschonden’ en hebben ouders jarenlang ‘geen schijn van kans’ gehad. Tienduizenden gezinnen zijn verwoest door onder andere de Belastingdienst die mensen ‘ten onrechte heeft gebrandmerkt als opzettelijke fraudeurs’ en door de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State die ‘zijn belangrijke functie van (rechts)bescherming van individuele burgers heeft veronachtzaamd.’ Niet alleen de Belastingdienst is verwijtbaar, stelt de commissie: ook het kabinet, het parlement en de rechtspraak heeft schuld aan alle ellende. Daarop trekt het kabinet, bestaande uit VVD, CDA, D66 en ChristenUnie, het boetekleed aan. “Wat er is gebeurd, kunnen we niet terugdraaien,” schrijft het in een reactie op het verslag. “Daar bieden we onze excuses voor aan. Met de maatregelen en de diepgevoelde erkenning van de veroorzaakte pijn hopen we bij te dragen aan de verwerking van deze voor ouders en hun kinderen zware periode. We hopen stap voor stap het vertrouwen in de overheid weer op te bouwen. Om deze redenen heeft de minister-president het ontslag van het kabinet aangeboden aan de Koning.”
Geslepen messen
Dat gebeurt op 15 januari van dit jaar waarna het kabinet demissionair is, zoals dat dan heet: een kabinet dat ontslagen is, maar tijdelijk aanblijft in afwachting van de vorming van een nieuw kabinet. Om zo’n nieuw kabinet te kunnen vormen heb je nieuwe Tweede Kamerverkiezingen nodig, en laten die nu net allang vóór die knieval van Rutte al zijn uitgeschreven: op 17 maart. Een ‘zachte val’ van het kabinet, noemen ze dat in de wandelgangen. Want Rutte III valt weliswaar, maar ondanks de puinhoop die het heeft gemaakt, is de verwachting dat Rutte na de verkiezingen nog stevig in het zadel zit. Ofwel: ‘verantwoordelijk nemen’ en een mea culpa de wereld inslingeren, om vervolgens weer op dezelfde voet verder te gaan. De geschiedenis staat aan zijn zijde: in crisistijd is zelden een premier aan de kant gezet en hebben regeringspartijen zelden plaats hoeven maken voor andere partijen.
Toch worden in de verkiezingscampagne de messen geslepen, voor zover je campagne kunt voeren met alle coronamaatregelen die van kracht zijn, inclusief de zeer omstreden avondklok. Maar liefst 37 partijen staan er op het stembiljet, dat zo groot is dat ie nauwelijks in het stemhokje past. Van nieuwkomers als de BoerBurgerBeweging (BBB) van Caroline van der Plas tot het Europeesprogressieve Volt, en van de Feestpartij van Johan Vlemmix tot het multiculturele BIJ1 van Sylvana Simons: nooit eerder deden er zoveel partijen mee met de Tweede Kamerverkiezingen.
Wat dat zegt? Dat het politieke landschap in coronatijd nog meer is versplinterd dan dat het al was. Met het linkse blok aan de ene kant, bestaande uit SP, GroenLinks en PvdA, en het rechtse blok aan de andere kant, met PVV, FvD en nieuwkomer JA21 van oud-LPF’er Joost Eerdmans die met ruzie uit Forum voor Democratie van Thierry Baudet is gestapt en samen met Annabel Nanninga, ook al zo’n FvDdissident, een gooi naar de macht doet. Complete versnippering over de hele linie en wantrouwen van de burger richting de politiek, probeer dan maar eens een weloverwogen stem uit te brengen.
Geharrewar
Het gaat in de weken voorafgaand aan de verkiezingen eigenlijk maar om één vraag: mag Rutte na 17 maart terugkeren als premier, of steekt Sigrid Kaag, die namens haar partij D66 de eerste vrouwelijke premier van Nederland wil worden, Rutte naar de kroon? Want dat is wel duidelijk als we de peilingen mogen geloven, dat het een tweestrijd tussen die twee zal worden, zeker omdat het bij het CDA ook niet botert, het CDA waar gezondheidsminister Hugo de Jonge een stapje terugdoet in de campagne om zich volledig te richten op het coronabeleid, waar het geharrewar van de nieuwe lijsttrekker Wopke Hoekstra alleen maar averechts werkt en waar het wandelende geweten van de Tweede Kamer, Pieter Omtzigt, na de verkiezingen een ‘functie elders’ zal krijgen. Om van het Ploumen-effect van de PvdA maar te zwijgen; de PvdA die Lilianne Ploumen uit de hoge hoed tovert om het geschonden blazoen van vier jaar geleden, toen de partij onder leiding van Lodewijk Asscher werd weggevaagd, op te poetsen.
Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de speciale Panorama Jaar in Beeld-editie of op Blendle.
- ANP