Als u deze herfstvakantie een van de 28 resorts van Center Parcs bezoekt, in het subtropische zwembad ligt, van de glijbaan glijdt, tussen gillende kinderen slalomt en langs alle restaurants, cafés, winkeltjes, pooltafels en massagestoelen onder de koepel van de zogenoemde Market Dome loopt, kijk dan eens goed om u heen. Wat ziet u? Bomen? Goed gezien. Allemaal echte bomen, denkt u? Niet stiekem een paar plastic bomen, zoals veel mensen denken? Maakt u zich geen illusies: alle bomen zijn echt en de ene is nog bijzonderder dan de andere. Maar weet u veel als u achter uw kind aan moet rennen.
“Kijk!” zegt Jean Henkens (65), bioloog en landschapsarchitect van Center Parcs, terwijl hij enthousiast naar een palmboom wijst. “Die is meer dan tweehonderd jaar oud. Het is een dadelboom uit Libië, uit 1805, die nog van de Duitse keizer Wilhelm is geweest.”
We staan in Center Parcs De Vossemeren, net over de grens in België, bij Lommel. Tegen de stam van de boom is het terras van het Fuego Adventure Grill-restaurant gebouwd. De mensen die hier vanavond gaan eten, hebben geen idee tegen welke boom ze aankijken.
Jean kijkt er met trots naar: “Na de Tweede Wereldoorlog werden deze en alle andere bomen uit de privécollectie van keizer Wilhelm overgenomen door de botanische tuin in Hannover. Daar groeide die dadelboom zo hard dat hij op een zeker moment verplaatst moest worden. Ik ken die conservator vrij goed, dus hij tipte mij dat die boom eigenlijk weg moest. Dat was in 1986, een jaar voordat Center Parcs De Vossemeren werd geopend. Een jaar later stond hij hier, en nog steeds.”
De Libische reus is in de afgelopen 34 jaar een halve meter gegroeid. Jean: “Elk jaar levert hij nog zo’n 40 kilo dadels, maar die kun je niet eten. Het is gewoon bijzonder dat zo’n keizerlijke boom hier staat.”
Demping en harmonie
Jean is de David Attenborough en Freek Vonk van Center Parcs, een man die er zijn levenswerk van heeft gemaakt om biotopen te creëren onder een koepel van glas. Een groene omgeving waar je het hele jaar in kunt rondlopen, waar seizoenen niet bestaan en die de tropen bijna tot aan uw achterdeur brengt, zonder dat u dat van de buitenkant ziet. “Eigenlijk zijn die domes maar lelijke dingen,” zegt Jean. “Haal de bomen en planten weg en je houdt een lege doos met een verschrikkelijke akoestiek over. Die bomen zorgen voor demping, harmonie en ook niet onbelangrijk: zuurstof. Al die bomen en planten hier in deze dome verdampen zo’n 2000 liter water per dag en leveren zuurstof voor zo’n 380 personen.”
Alle parken van Center Parcs, waar de huisjes staan, hoe de inrichting van de Market Dome en de Aqua Mundo eruit ziet, het subtropisch zwemparadijs, welke bomen en planten er precies inkomen: alles begint op de tekentafel van Jean. Letterlijk een tafel waarop Jean duizenden, zo niet tienduizenden schetsen heeft gemaakt die later veranderden in bouwtekeningen van parken die nu overal in Europa staan; in Nederland en België, maar ook in Frankrijk, Groot-Brittannië, Duitsland en zelfs binnenkort in Denemarken. Alle bomen, al hun precieze plekken, alles komt uit het hoofd van Jean. Die zijn ideeën vervolgens tekent met potlood, zijn schetsen aan Inge geeft met wie hij al meer dan 25 jaar samenwerkt vanuit een klein kantoortje op Center Parcs Erperheide (bij het Belgische Peer), waarna zij de schetsen digitaliseert. Want Jean heeft geen computer: alles wat hij doet, doet hij met de hand. Een formule die al decennia werkt: “Ik teken veel sneller met een potlood dan als ik met een computer in de weer moet.”
‘Elk jaar levert hij nog zo’n 40 kilo dadels, maar die kun je niet eten. Het is gewoon bijzonder dat zo’n keizerlijke boom hier staat’
De uitverkorene
Jean is al sinds 1984 de huisbioloog van Center Parcs, maar het scheelde weinig of zijn leven had er heel anders uitgezien dan nu. Als oudste zoon in een katholiek gezin uit het Belgisch-Limburgse gehucht Molenbeersel was hij namelijk, zoals toen gebruikelijk was, ‘de uitverkorene’; een jongen die zijn leven zou gaan wijden aan het geloof. Een keurslijf waar Jean eigenlijk zo snel als hij kon aan wilde ontsnappen, wat ook de prior van het jezuïetenklooster waar hij verbleef al redelijk snel in de gaten had. Jean: “Ik was veel meer geïnteresseerd in biologie en architectuur, wat ik naast mijn religieuze opleiding studeerde.” Piet Derksen, de grondlegger van Center Parcs, kwam ook regelmatig in het klooster, de prior en hij kenden elkaar goed waarna de prior aan hem vroeg of hij, Derksen, niet iemand in de groenvoorziening kon gebruiken. Iemand als Jean dus: “Voor ik het wist, liep ik bij Center Parcs, en nu ben ik er nog steeds.”
Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de nieuwste Panorama of bekijk het op Blendle.
- Sander Boer e.a.