Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
Zandvoort

De geschiedenis van het circuit op Zandvoort: rijdende bommen en dodelijke crashes

Van de dodelijke crashes van coureurs Roger Williamson en Piers Courage tot de heroïsche beelden van Gilles Villeneuve die erin slaagt bijna een volle ronde op drie wielen te rijden. Tijd voor een terugblik op de memorabele periode van 1952 tot en met 1985, toen de Grand Prix van Zandvoort – net als nu – onderdeel was van het wereldkampioenschap van de Formule 1.

PANG! Het is de achtste ronde van de Grand Prix van Zandvoort van 29 juli 1973 als de rechtervoorband van de March 731 van coureur Roger Williamson klapt. De Brit, bezig aan zijn tweede Grand Prix, verliest de macht over het stuur en knalt op volle snelheid boven op de vangrail. Die fungeert als een soort schans. De bolide wordt gelanceerd, vat als gevolg van een benzinelek vlam, landt ondersteboven weer op het circuit en schuift zo’n 250 meter over het asfalt, tot hij tegen de vangrail tot stilstand komt. Daar neemt de vlammenzee alleen maar toe. De Britse coureur David Purley, teamgenoot en een goede vriend van Williamson, ziet meteen de ernst van de situatie in, parkeert zijn wagen langs het parcours, stapt uit en trekt een sprint richting het vuur. Hij hoort zijn klemzittende maatje vanuit zijn cockpit schreeuwen om hulp. Pogingen van Purley om de wagen om te kiepen en terug op zijn wielen te duwen, zodat Williamson eruit kan klimmen, lopen op niets uit.

Er komen vier stewards aangesneld, maar niet één van hen draagt brandwerende kleding, waardoor zij niet kunnen helpen duwen en enkel machteloos staan toe te kijken. Wel overhandigt één van hen een brandblusser aan Purley, die driftig begint te spuiten in de hoop het vuur te doven, maar de wagen van Williamson begint alleen maar heviger te branden. Andere coureurs die net als Purley brandwerende kleding dragen, stoppen niet om te helpen. Zij zien Purley aan voor de coureur van de brandende auto en gaan er ten onrechte vanuit dat alles in orde is.

Toeschouwers die over de hekken willen klimmen om de steeds wanhopiger wordende Purley te helpen met het omkeren van de wagen worden door de beveiligers tegengehouden. Mobiele brandweereenheden in speciale veiligheidsvoertuigen, zoals we die vandaag de dag kennen, zijn er niet.

Wel is er een brandweerwagen, maar wanneer die eindelijk het circuit oprijdt, is de race nog altijd niet stilgelegd. Daardoor mag hij niet tegen de rijrichting inrijden en moet hij het gehele ruim vier kilometer lange circuit rond. Als hij na vele minuten eindelijk arriveert bij de brandende March 731 is het al te laat. Williamson is door het vuur verstikt. Bizar genoeg wordt de race nog altijd niet afgelast. Zestig rondes lang razen de overgebleven wagens langs het wrak met daarin het verkoolde lichaam van de nog maar 25-jarige Brit. Het is met afstand de zwartste bladzijde uit de geschiedenis van de Grand Prix van Zandvoort.

Juli 1973: zestig rondes razen de wagens langs het wrak met daarin het verkoolde lichaam van de nog maar 25-jarige Brit Roger Williamson. Een zwarte bladzijde

Stratencircuit vóór WO II

Het ontstaan van Circuit Zandvoort gaat terug naar eind jaren 30. Burgemeester Henri van Alphen is ervan overtuigd dat een circuit een aanwinst zou zijn voor Zandvoort, dat floreert als nooit tevoren en is uitgegroeid tot een badplaats vol allure en jetset. In eerste instantie worden er races georganiseerd op een tijdelijk stratencircuit in het noorden van Zandvoort, dat nog in aanbouw is. Langs het parcours verrijzen houten tribunes en op 3 juni 1939 vindt er de eerste race plaats, waarschijnlijk de eerste autorace van Nederland. Het feit dat het evenement duizenden bezoekers trekt, sterkt Van Alphen in zijn overtuiging dat er een permanent circuit moet komen. Alleen loopt het leven anders dan verwacht.

Op 10 mei 1940 vallen de Duitsers Nederland binnen. Zandvoort is voor hen strategisch een belangrijk punt, omdat ze vanuit daar de kust kunnen verdedigen tegen de Britten en andere geallieerden.

Als gevolg van de inval raakt de badplaats zwaar beschadigd. Veel hotels en resorts worden vervolgens tot de grond toe afgebroken en vanaf 1942 is het strand verboden terrein. Ondanks de Duitse bezetting blijft Van Alphen dromen van een circuit. Sterker nog, in zijn hoofd borrelt een plan op om de Duitsers mee te laten werken aan het aanleggen daarvan zonder dat ze het zelf in de gaten hebben. Hij weet ze ervan te overtuigen om in het duingebied een zogenoemde ‘Paradestrasse’ aan te leggen: een lange, brede weg waarover ze parades kunnen opvoeren om indruk te maken op de bevolking. De Duitsers zijn enthousiast en gebruiken het puin van de afgebroken hotels om de straat mee aan te leggen. Eenmaal klaar nemen ze de Paradestrasse op in een wegennetwerk dat specifiek is aangelegd als verdedigingswerk.

Wanneer Nederland uiteindelijk op 5 mei 1945 wordt bevrijd, ligt er daardoor al een aanzienlijk deel van het circuit, zij het ongeasfalteerd. Drie jaar later begint men met de bouw van Circuit Zandvoort en op 7 augustus 1948 is het zover: dan vindt onder de naam Grand Prix van Zandvoort de allereerste race plaats. De winnaar is meteen een internationale coureur, Birabongse Bhanutej Bhanubandh, een Thaise prins in een Maserati 4CLT.

Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de nieuwste Panorama of bekijk het op Blendle.

Sport
  • Pro Shots/Panoramic