Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
Johan Derksen door de jaren heen - 'Ik heb tv nooit serieus genomen'

Johan Derksen door de jaren heen - 'Ik heb tv nooit serieus genomen'

Uit de editie van  12 september 2018: Johan Derksen gaat een einde maken aan zijn televisiecarrière. Samen met sidekicks Genee en Van der Gijp zat hij jarenlang aan de voetbaltafel. Zijn handelsmerk: een snoeiharde mening over alles en iedereen. Maar waar komt hij zelf eigenlijk vandaan, de man die door vriend en vijand De Snor wordt genoemd?

Echt, ooit was er een tijd dat Johan Derksen onbesnord door het leven ging.

Op oude, vergeelde foto’s uit zijn eerste jaren als prof bij Cambuur zien we hem nog afgebeeld met roomblanke kin, maar in de jaren die volgen wordt de gezichtsbeharing steeds voller. Dat had (onder meer) te maken met zijn vader, een adjudant bij de politie, tegen wie Johan zich al op jonge leeftijd afzette.

Naast het huis van de familie Derksen in Rolde, Grote Brink 25, zat het bureau, inclusief twee cellen.

Drenthe was een warm bad, de gemoedelijkheid, dat heerlijke accent, die droge humor ook, het zijn ideale omstandigheden om in op te groeien. Maar tegelijkertijd werden Johan en zijn ouders gezien als allochtonen, want geboren in de omgeving van Nijmegen. Ook dat is Drenthe. O, hoorde hij weleens om zich heen in winkels, dat zijn Hollanders… Dat was ook het eerste wat zijn eerste schoonvader tegen Johan zei. O, je bent een Hollander… De man bleek zwaar teleurgesteld.

Het liefst wilde Johan drummer worden, zei hij tegen zijn ouders, maar dat was onbespreekbaar. Wat volgde was een doorlopende strijd over lang haar, spijkerbroeken en bordeelsluipers. Vooral met zijn vader. Johan vroeg zich als jongen van 16 jaar al af hoe hij zo snel mogelijk kon ontsnappen aan dat benauwde, rechtschristelijke milieu.

Hij besloot te gaan voetballen, in de opleiding bij Go Ahead Eagles in Deventer. Het was zijn vluchtroute.

Omdat Johan voor zichzelf kon zorgen als beginnend profje was hij meteen van dat door hem zo verafschuwde, bekrompen milieu verlost.

In 1970 bij Cambuur.

Johan Derksen: “Dat was 1966. Sindsdien ben ik onderweg.”

Twee jaar later maakte hij zijn debuut in het betaald voetbal, bij Cambuur.

In de latere muzikanten Eelco Gelling en Harry Muskee vond Derksen twee bondgenoten. Net als Johan zijn vader, werkte de vader van Eelco bij de politie, als opperwachtmeester. En Harry z’n vader was militair. Vandaar. Schept toch een band.

Als zoontjes van geüniformeerde mensen, die helemaal lossloegen, zou Johan later zeggen. Gezamenlijk zetten zij zich af tegen de gevestigde orde. Vooral Muskee werd een vriend voor het leven. Hij was de broer die Johan nooit heeft gehad. Hun eerste ontmoetingen vonden plaats in de grammofoonplatenwinkel van Lampe aan de Gedempte Singel, naast het café van Jan Dekker. Voetbal werd zijn werk, zou Johan later zeggen, maar muziek is altijd zijn grote passie gebleven. En dat komt vooral door Harry. Toen hij 50 jaar werd kocht Johan weer een drumstel. Bleek ie er niks meer van te kunnen.

Johan & de blues

Hij wordt omschreven als een ‘obsessieve blues-idealist’ en dat is de schuld van zijn opvoeding. Niet door z’n ouders, maar door jongens als Harry Muskee en Eelco Gelling. Johan luisterde nog naar Merseybeatbands, toen Harry al met platen van John Lee Hooker en Muddy Waters onder z’n arm liep.

Cuby + Blizzards-manager Johan Derksen met zanger Harry Muskee na afloop van een concert, midden jaren negentig.

Johan zei tegen Harry: “Die Muddy Waters covert liedjes van Billy J. Kramer.” Maar het omgekeerde bleek dus het geval: Engelse bands speelden allemaal blues-nummers na. Sindsdien is Johan er zich in gaan verdiepen en als je dat eenmaal doet ‘heb je levenslang de blues’. Johan kocht elpees van Wayne Fontana and the Mindbenders, Billy J. Kramer with the Dakotas, The Searchers, The Swinging Blue Jeans, dat werk. Harry, een paar jaar ouder, moest er niks van hebben en wees hem op blues-artiesten als John Lee Hooker, te beluisteren op radiostation Voice of America. Johan had nog nooit van Howlin’ Wolf gehoord; Harry wel. Zo is hij op zoek gegaan.

Johan las nog Arendsoog, bij Harry thuis stond Jack Kerouac in de boekenkast. Dat bedoelt Johan als hij zegt dat Harry hem ‘in zekere zin heeft opgevoed’.

Thuis heeft Derksen een unieke verzameling van naar schatting 30.000 cd’s in de kast staan

Thuis heeft Johan een unieke verzameling van naar schatting 30.000 cd’s in de kast staan. En niet alleen van vroeger, ook de huidige ontwikkeling op bluesgebied houdt hij nauwlettend in de gaten. Zo noemt hij Tab Benoit uit Louisiana ‘een zwaar onderschatte gitarist’ en is hij gecharmeerd van de nog jonge Marcus King, Jonny Lang en Kenny Wayne Shepherd. De man die er met kop en schouders bovenuit steekt volgens Johan is Tinsley Ellis, maar die is inmiddels ook alweer over de zestig….

Na zijn pensioen staat Derksen in meer dan honderd schouwburgen met de Keep the Blues Alive-tournee. Het blijkt een gat in de markt. Hij trekt meteen ‘alle bejaardenhuizen leeg’, zegt hij.

De labradoedel die thuis op bed slaapt, heet Cuby. Hoe kan het ook anders. Of, om met Johan te spreken: “Een hond is leuk. Gewoon. Een hond. En muziek. Wie maakt je wat?”

Johan & voetbal

Laten we dit hoofdstuk vooral kort houden. Het voetbal was een manier om het huis uit te vluchten, meer was het niet.

En meer zou het ook nooit worden.

Derksen debuteerde in 1968 als linksback bij Cambuur. In de negen seizoenen die volgden, speelde hij achtereenvolgens voor Veendam, HFC Haarlem en SV Meppen in Duitsland. In 1977 zette hij er een punt achter bij MVV.

Het specialisme van Derksen, laten we er niet omheen draaien: schoppen en slaan naar alles wat beweegt. Vergeet niet, het waren andere tijden. Spugen ook, een volle kledder recht in het gezicht van de tegenstander, het hoorde er allemaal bij en Derksen maakte er buitensporig veel gebruik van. Er was toch geen camera in de buurt om het te registreren.

Als journalist zat Johan bovenop die andere Johan.

Een echte binding met de voetbalwereld heeft Derksen nooit gevoeld, ook niet na zijn actieve carrière, privé nam hij er bewust afstand van. “Ik bekeek het puur professioneel,” schreef hij ooit in een VIcolumn. “Voetbal is zo’n beetje de grootste amusementsindustrie ter wereld, en daar werkte ik toevallig in. Dat heb ik zo goed mogelijk gedaan. Ik heb meer dan een halve eeuw in dat voetbal gezeten, dus dan moet je wel een hobby of passie hebben die een totaal andere wereld vertegenwoordigt, anders ga je echt denken dat de wereld om een balletje draait. Daarom bezocht ik concerten, en dat was een vlucht naar een wereld die wél van mij was. Dáár kwam ik gelijkgestemden tegen. Wanneer ik in die voetballerij een naam van een van mijn muzikale helden noemde, dan keken ze me aan alsof ik gek was geworden. Daar hadden ze nog nooit van gehoord.”

Johan & VI

Begin jaren zeventig startte Derksen een loopbaan in de journalistiek, onder meer bij de Winschoter Courant, het Nieuwsblad van het Noorden en vanaf 1977 bij Voetbal International. Poul Annema, de voormalige chef-sport van Het Parool en de Volkskrant, had hem warm gemaakt voor het vak. Nu prijst Derksen zich gelukkig dat hij ‘de romantiek van het vak nog heeft meegemaakt’. Als jonge verslaggever hing Johan aan de lippen van coryfeeën als Anton Witkamp, Bart in ’t Hout, Ben de Graaf, Jean Nelissen, Dick van Rijn en Theo Koomen.

Bij de regionale kranten werkte Derksen als politieverslaggever. Voor VI schreef hij onder het pseudoniem Gerrit Westers, want schnabbelen was streng verboden. Later, toen hij voor het Nieuwsblad van het Noorden ging werken, werd zijn naam omgedoopt in Freek Zoontjes, een verwijzing naar de nieuwe hoofdredacteur in Groningen, Ger Vaders.

Johan was gelukkig in de provincie, maar wilde niet zijn hele leven slijten bij de gemeenteraad van Groningen, Emmen of Coevorden. Op de redactie van VI lagen ‘de vliegtickets in pakken’ op zijn bureau, met Ajax, Feyenoord en PSV kwam hij in alle hoeken van Europa en in 1978 ging hij meteen naar het WK in Argentinië.

Het specialisme van Derksen, laten we er niet omheen draaien: schoppen en slaan naar alles wat beweegt

Inmiddels zijn de contacten met het weekblad dusdanig vertroebeld dat hij ‘niets meer met het blad te maken wil hebben’. Volgens Derksen is al het werk dat Joop Niezen, Cees van Cuilenborg en hij hebben verzet ‘afgebroken door een lichting luchtfietsers’. Om die reden liet hij ook zijn naam uit het colofon schrappen. De columnist Derksen is niet meer, wat blijft is de alom gevreesde televisie-ana-list. Over Edwin van der Sar zei Derksen bijvoorbeeld recent dat hij als algemeen directeur van Ajax ‘een regelrechte farce is gebleken’. Ja, ook hij was voorstander van het plan-Cruijffom spelers na hun carrière door te laten groeien in de clubleiding, met Bayern München als voorbeeld, maar dan moet je wel de goede mensen neerzetten. Volgens Derksen was Van der Sar niet de eerste keus van Cruijff, hij wilde Tscheu La Ling op die positie. “Van der Sar heeft geen enkele ervaring met leiding geven, met personeelszaken. En door zijn lichaamstaal meet hij zich een verkeerde, arrogante houding aan. Van der Sar is niet welbespraakt, leest een tekst van een briefje dat door iemand anders is geschreven, heeft geen charisma, eigenlijk kan dat niet bij een beursgenoteerd bedrijf. Een club als Ajax verdient veel beter. Iemand als Keje Molenaar zou een veel sterkere kandidaat zijn geweest.”

Voor de nieuwe PSV-trainer Mark van Bommel toont Derksen meer clementie.

“Het is tegenwoordig een modegril om mensen zonder ervaring trainer te maken. Eerst met De Boer, Cocu en Van Bronckhorst en nu weer met Van Bommel. Daarmee neem je een zeker risico.

Trainen is namelijk een ervaringsvak.

Dus kan je volgens mij beter bij een club als FC Groningen of NAC beginnen. Van Bommel lijkt me wel een echte trainer, maar het is ook een eigenwijs ventje, dus is het in zijn geval van groot belang dat schoonpapa er bij is om af en toe bij te sturen. Van Bommel gaat zeker problemen met de media krijgen want hij houdt niet van kritiek, maar hij is wel een personality, een jongen met flair. Dus moet je hem het voordeel van de twijfel geven.”

Johan & Johan

Derksen deinsde er in het verleden niet voor terug om als spreekbuis te fungeren voor Johan Cruijff. Hij liet zich bewust ‘inpakken’ door Cruijff, zou hij later zeggen, omdat het voor Voetbal International ‘commercieel hartstikke aantrekkelijk’ was. En hij was geen slaaf. “Want ik had zelf uiteindelijk in de hand wat ik schreef.” Iemand als Telegraaf-journalist Jaap de Groot is daar volgens hem wél veel te lang mee doorgegaan. Daarom werd hij ‘op den duur niet meer serieus genomen’. “Ik vond het na een tijdje te klef worden en heb zelf afstand genomen.”

Johan & de treurbuis

We hebben het allemaal te danken aan Hugo Borst.

Derksen nam het televisiemetier nauwelijks serieus, hij heeft naar eigen zeggen ook nooit een tv-carrière geambieerd, al was het maar omdat je dan je anonimiteit verliest, maar ja, Hugo Borst bleef bellen… “En dat je dan geschikt blijkt te zijn voor dit soort programmaatjes, dat wist ik ook niet.”

Derksen roept van alles over iedereen en iedereen mag van alles over hem roepen, dat zijn de regels en zo moeten ze gespeeld worden.

Nee, met geld had het allemaal niks te maken, die hele verhuizing van RTL naar Veronica, als we Derksen moeten geloven. Ze hadden slechts om een ‘geringe loonsverhoging’ gevraagd, zei hij, maar toen deed RTL net alsof dat heel onbeschaafd was. Derksen trok z’n conclusies en zei dat hij was ‘weggejaagd’ door Erland Galjaard, de toenmalige programmadirecteur van RTL.

En wat denk je? Na acht maanden wachten op antwoord van RTL, stond Bert Habets, de grote baas uit Luxemburg, opeens op de stoep. Met drie blanco contracten. Zeg het maar, zei hij. Genee kon opeens net zoveel bij RTL gaan doen als nu bij De Mol… Hij had de programma’s voor het uitkiezen. Alles kon opeens… De reactie van Derksen (en Genee en Van der Gijp, de heilige drie-eenheid):

“Had dat dan eerder gezegd, dan waren we gewoon gebleven.”

Derksen: “Ja, het is echt heel amateuristisch gegaan.”

Johan & Veronica Inside

Ze gaan van de ene kutzender naar de andere kutzender, dus wat maakt het allemaal uit? Verder is alles hetzelfde gebleven. Dezelfde studio, dezelfde redactie, dezelfde kroegpraat, dezelfde gasten (Hans Kraay jr, Boskamp en Driessen). Alleen aan het decor en de tafelindeling is gesleuteld. Ook duurt het programma bij Veronica twee uur, tegen anderhalf bij RTL. Derksen: “Niet omdat wij nou zo interessant zijn, maar omdat ze dan meer reclameblokken kwijt kunnen. Als je er goed over nadenkt zijn wij gewoon een omlijsting van die boodschappen. Dat is commerciële tv.”

‘Het is tegenwoordig een modegril om mensen zonder ervaring trainer te maken’

Derksen, Genee en Van der Gijp hebben voor vier jaar getekend bij Veronica. Het was een eis van John de Mol, dat het trio intact zou blijven. Als één stopt, is het ook einde contract voor de andere twee. Ze zitten dus aan elkaar vast.

Of Derksen er nooit eens genoeg van krijgt om zich te verweren tegen types als DJ Jean en Marianne Zwagerman, die zei dat hij ‘stonk’? Nee. “Dorpsidioten interesseren me niets.” Ze mogen over hem zeggen wat ze willen. Doet hij zelf immers ook.

Principes zijn er overigens wel om overboord te zetten. In 1998 zette Derksen zich nog snoeihard af tegen Veronica in het algemeen en het programma De Harde Kern in het bijzonder. “Tenhemelschreiend dat Veronica een serie uitzendt waarin die idioten op tv met een bivakmuts en een zonnebril op de meest gruwelijke dingen mogen zeggen over iemand die vermoord is.” (…) “Veronica moet vooral niet lullen over journalistieke vrijheid. Dat vind ik zo schunnig. Ik zou meteen opzeggen als ik lid was.”

Johan & de toekomst van het Nederlandse voetbal

Derksen is somber gestemd over de toekomst van het Nederlandse voetbal. “Ik hoor van mensen die er verstand van hebben dat er weer een goede lichting aankomt. Nou, die is bij Art Langeler in goede handen zou ik zeggen. Hahaha! Het is bezopen natuurlijk dat zo’n lichting toevertrouwd wordt aan Art Langeler. Who the hell is Art Langerer? Maar ja, hoofd opleiding bij de KNVB is ene meneer Vloet. Samen met een zekere meneer De Kat. Ik loop sinds 1966 mee in het betaald voetbal, maar als ik die De Kat hier in de gang tegenkom, zou ik hem niet herkennen. Hij schijnt in het tweede elftal van Heerenveen gespeeld te hebben. Ik zat tenminste nog in het eerste. Bij een groot aantal kutclubs weliswaar, maar toch.”