‘Ze konden niet de zekerheid geven dat ik het zou overleven’
Siem Maas (74) uit Riel was een fitte en gezonde man voor hij ziek werd. “Op 23 maart vorig jaar werd ik opgenomen in het ziekenhuis in Tilburg, nadat ik al een week ziek was geweest. Ik had geen klachten die op corona wezen, maar eenmaal in het ziekenhuis bleek het toch erg slecht te gaan en werd ik aan de beademing gelegd. Na twee dagen was ik redelijk stabiel en plaatsten ze mij over naar het Academisch Ziekenhuis in Groningen. Daar werd het weer erger en lag ik twaalf dagen in coma. Ik lag in totaal 38 dagen op de intensive care. Er is mij helemaal niets bijgebleven van mijn opnames in Tilburg en Groningen. Ik ben gewoon twee maanden helemaal kwijt. Het laatste wat ik nog weet is dat ze in het ziekenhuis zeiden: We gaan heel goed voor je zorgen. Ze konden mijn vrouw de zekerheid ook niet geven dat ik het zou overleven. Ze hielden wel contact met het thuisfront, maar ze wist nooit of ze rustig kon gaan slapen. Mijn hele lichaam was gedeletet. Ik kon mijn vingers niet bewegen, niet eten, niet drinken, namen niet meer opnoemen, ik kon helemaal niks. Daar lig je dan.
‘Ik kon niet eten, niet drinken, namen niet meer noemen. Ik kon helemaal niks. Daar lig je dan’
Ik ben na de ziekenhuisopname vijf weken in een revalidatiecentrum in Tilburg geweest, ook toen zag ik mijn vrouw en kinderen niet. Eerst kreeg ik vloeibaar voedsel, daarna gepureerd. Soms kreeg ik wat vaster voedsel. Ik zat op een dag in een restaurant en daar zag ik een man een worstenbroodje eten. Dat wou ik ook wel! Maar dat mocht niet van de voedingsdeskundige. Ik begon toen met boterhammen zonder korstjes, daarop kon ik over naar vast voedsel. Mijn doel was op twee benen stabiel kunnen staan. Dat probeerde ik weleens naast mijn bed, maar dan kukelde ik weer op de grond. Ik vind het eigenlijk wel fijn dat ik helemaal niets meer weet van de tijd in het ziekenhuis. Ik kan er gewoon over praten en het gaat nu weer goed met mij. Soms kom ik dingen tegen die nog niet gaan. Daar ga ik niet treurig over zitten doen, daar doe ik mijn omgeving geen plezier mee. Ik kan gelukkig weer wandelen, maar spitten in de tuin gaat niet.
Nu heb ik alleen de fysiotherapie nog. Mijn geest wil meer dan mijn lichaam kan, daar moet ik mee dealen. Ik kan nu weer tien kilometer op een dag wandelen. Mensen die corona hebben gehad, kunnen elkaar helpen en begrijpen, bijvoorbeeld via een Facebookgroep. Die verhalen van anderen grijpen me nu veel meer aan.”
‘Ik voelde me een blaadje in de wind, zo licht’
‘Tijdens het kerstdiner proefde ik helemaal niets’
Koen Fekkes (19) uit Zeewolde werd niet heel erg ziek, maar toch had corona een grote impact op hem. “Eind oktober voelde ik me niet goed en deed ik een test. Die was positief, dus moest ik in isolatie op mijn kamer. Waarschijnlijk heb ik het in Walibi opgelopen, waar ik met een vriend was. Die is ook getest, maar hij was negatief. Ik had vooral last van hoofdpijn, reuk- en smaakverlies en vervorming daarvan. Ik kon ook niet echt diep doorademhalen, soms nog steeds niet. De isolatie was wel heftig. Ik hoefde niet naar het ziekenhuis gelukkig, maar het was wel heel eenzaam. Pas toen ik dat reuk- en smaakverlies meemaakte, besefte ik wat een impact dat heeft. Elke kamer heeft een geur, iedereen heeft een geur. Maar nu niet meer dus. Dat hield bijna drie maanden aan. Op dat moment wist ik niet of het wel terug zou komen. Dat maakte me heel down. Bij mijn opleiding, de hotelschool, zat ik net in een fase met veel koken en proeven. Het was heel naar om dan achter te blijven. Ik had niet gedacht dat het missen van reuk en smaak zo erg zou zijn. Tijdens het kerstdiner proefde ik helemaal niets, terwijl iedereen zei dat alles zo lekker smaakte. Steeds in de put blijven zitten helpt ook niet, dus elke kleine verbetering moest ik als iets moois zien. Dat viel niet mee, maar ik deed het.
Na drie maanden kon ik heel vaag iets ruiken, dat gaf me het vertrouwen dat het goed zou komen. Sinds twee weken heb ik een heel vervormde geur voor bepaalde dingen, zoals koffie en kip. Die ruiken precies hetzelfde. Ik dronk veel koffie, maar ik kan nu niet meer in de buurt zitten van iemand die koffie drinkt.
Of in de buurt van een koffieautomaat.
Het helpt me dat ik in de Facebookgroep ‘Coronapatiënten met langdurige klachten’ zit, met 19.000 anderen. Daar vind ik veel herkenning en erkenning. Mijn ziek-zijn viel gelukkig samen met de sluiting van de horeca, dus ik heb geen stage gemist. Nu ben ik wel met een stage begonnen, 38 uur in de week in een hotel.
Na mijn isolatie ging ik bij een vriend op bezoek en dronken we Jägermeister om het te vieren. Ik klokte dat zo naar binnen, toen geloofde die vriend wel dat ik niets rook en proefde…”
Benieuwd naar de rest van het artikel? Lees het in de nieuwste Panorama of bekijk het op Blendle.
- Clemens Rikken