Hans! Hoe staat het met de afkickverschijnselen?
“Vreselijk. Wanneer ik normaal gesproken op zaterdagmorgen wakker word, heb ik zes wedstrijden voor de boeg. Drie op zaterdag en drie op zondag. En dan heb ik die van vrijdagavond al achter de rug. Door corona heb ik nu een heel ander leven gekregen. Een leven waarin ik trouwens alsnog genoeg met voetbal bezig ben geweest, omdat ik nu eindelijk de tijd had om dat boek te schrijven. Normaal was ik daar nooit aan toegekomen. Naast mijn bestaan als groundhopper heb ik namelijk ook gewoon een gezin en een drukke baan.”
Enig idee hoeveel voetbalstadions jij in je leven hebt bezocht?
“Dat hangt ervanaf hoe je telt. Tel je alleen de clubs mee die profvoetbal spelen – of althans, waarvan ik vínd dat ze profvoetbal spelen, want zeg het maar: schaar je het nationale stadion van Luxemburg wel of niet onder profvoetbal? – dan kom je al snel uit op duizend.”
Duizend?!
“Ja. En dan heb ik het nog niet eens over de amateurclubs die ik heb bezocht. Dat zijn er ook al gauw 1500 tot 2000. In totaal ben ik bij meer dan 3000 wedstrijden geweest in 90 landen op vijf verschillende continenten. Nederland heb ik al uitgespeeld. Op mijn vijftiende of zestiende al. Toen had ik alle profclubs al afgevinkt. Ik zal het je nog sterker vertellen: de driehonderd amateurclubs die vanaf de jaren 70 op het hoogste niveau van Nederland hebben gespeeld, heb ik ook allemaal al gehad.”
Wat is het meest obscure voetballand waar je bent geweest?
“De Faeröer Eilanden. Verspreid over zeventien eilanden liggen daar 22 velden. Ja, zo noem ik het maar, velden, want stadions zijn het niet. Hoe dan ook: ik heb ze alle 22 bezocht. Maar ik ben ook in landen als Guatemala en Nepal geweest. En in Thailand. Wit-Rusland. Georgië. Armenië. Oekraïne. Costa Rica. Swaziland. Zimbabwe. Namibië. Ga zo maar door. Groundhoppen is voor mij een manier geworden om de wereld te ontdekken. Waar anderen in het buitenland kerken moeten bezoeken, heb ik dat met voetbalstadions. Van de 55 landen die lid zijn van de UEFA, ben ik er in 53 geweest. Alleen in Azerbeidzjan en Kazachstan niet.”
Waarom in die twee niet?
“Hé, ik ben nog niet dood. Ik wil ook nog graag naar het Aztekenstadion in Mexico-Stad. Zodra corona is gaan liggen, wordt dat mijn eerstvolgende bestemming. Het is het enige stadion waar een WK-finale is gespeeld dat ik nog niet heb bezocht. Samen met het Nissan-stadion in Yokohama in Japan dan, maar Aziatische stadions trekken mij veel minder. Daar is nu eenmaal minder voetbalhistorie geschreven.”
Hoe zit dat nu precies met die arrestatie in Rusland?
“Nou, in 2001 was ik in Moskou. Daar lag het stadion van CSKA Moskou ergens in een buitenwijk, op een militaire basis. Tijdens wedstrijden mochten supporters natuurlijk gewoon naar binnen, maar ik was er op een woensdagochtend. Van meet af aan was het een kansloze missie, maar ik wilde het toch geprobeerd hebben. Bij de ingang zag ik een soldaat zitten, maar die lag te slapen. Naast hem lag een herdershond. Die lag ook te slapen. Ieder weldenkend mens zou zijn omgedraaid, maar ik niet. Ik ben over die hond heen gestapt en vervolgens zo het veld opgelopen. Op de middenstip heb ik nog lachend foto’s gemaakt. Totdat uit een andere hoek van het stadion twee militairen op me kwamen afgestormd. Ze rekenden me in en ik moest met ze meekomen. Ik heb ze toen gevraagd of ik dan wel mijn taxichauffeur mocht melden dat ik niet meer met hem mee terug hoefde te rijden. Die stond buiten te wachten. Gelukkig mocht dat van ze.”
Was je écht met de taxi?
“Welnee! Ik was met de metro. Ik ben toen als een gestoorde gaan rennen. Al rennend schoten er drie scenario’s door mijn hoofd. Óf ze zouden gaan schieten - nou, jij en ik hebben dit gesprek nu, dus dat hebben ze niet gedaan, haha! - óf ze zouden me in een jeep achterna komen, óf ze zouden me laten gaan. Godzijdank was dat laatste het geval.”