MISDAADCOLUMN: Als de hitte maar blijft hangen en de prikkels de overhand krijgen gaat het mis
Elke week schrijft misdaadverslaggever Henk Strootman een column over wat hem opvalt in de crimewereld. Deze week: hitte levert de politie extra werk op.
Misschien valt bij het lezen van deze column de regen met bakken uit de lucht. Of staat de zon recht boven ons hoofd en zitten we midden in een verzengende hittegolf. Dat laatste klinkt leuker dan het is. Want met het stijgen van de temperatuur nemen ook de irritaties toe. ’s Nachts begint het al. Slapen lukt niet. Je ligt te woelen tussen plakkerige lakens.
De ventilator doet z’n best, maar verplaatst vooral warme lucht. Een mug zoemt bij je oor en weet zich bij het aanknippen van het licht telkens net op tijd te verschansen. Met de ramen open lijkt het straatleven zich midden in je slaapkamer af te spelen. Een opgevoerde scooter, een gillend kind, een buurman met een gitaarhobby; het zijn geluiden die je op een koele dag best kan hebben, maar nu komt alles ongefilterd binnen. Tegen de tijd dat je eindelijk indommelt, is het alweer ochtend.
Overdag is het niet veel beter. De stemming is broeierig. In huizen, op straat, op terrassen. De lontjes zijn kort. Elke warme periode levert de politie dan ook extra werk op: overlast, burenruzies, mishandelingen, steekincidenten. Vooral in de avond en nacht, als de hitte maar blijft hangen en de prikkels de overhand krijgen gaat het mis. En dan zijn er de onvermijdelijke en traditionele kustrellen. Zandvoort, Scheveningen, Knokke; elke zomer hetzelfde liedje.
Ze trekken naar het strand met drank en drugs en een houding van wie doet me wat. Het begint een jaarlijks terugkerend ritueel te worden
Begin mei hebben we in Scheveningen al een voorproefje kunnen zien. Groepen jongeren trekken naar het strand met drank, drugs, scooters en een houding van wie doet me wat. Strandwachten worden uitgescholden, boa’s bedreigd. Wat ooit begon als een zomers incident, begint een jaarlijks terugkerend ritueel te worden.
In de wetenschappelijke rapporten heet dat dan ‘ontspoord groepsgedrag van jongeren op zoek naar hun identiteit.’. Zal best, wij noemen het gewoon asociaal relschoppen. De boel verzieken. Op de boulevard, op het strand en recht voor de ogen van gezinnen met kindertjes, die dachten een ontspannen dagje aan zee te hebben. Het hoort er blijkbaar bij, geen hittegolf zonder gedoe. Je hoort nooit over rellen bij midwinterblazen. Of over schermutselingen bij de Elfstedentocht. Het is altijd weer de combinatie zon, alcohol, drugs en testosteron.

Thuisblijven dan maar? In woonwijken is het nauwelijks beter. De rook van een barbecue waait rechtstreeks iemands slaapkamer binnen. Verderop doopt een jong stel de achtertuin om tot festivalterrein, met muziek op volle kracht. En dan verbaasd zijn dat daar commentaar op komt. Kinderen spetteren tot laat in een zwembadje, gillend uiteraard, tot wanhoop van die buurman die om 06.00 uur naar zijn werk moet. Het wordt steeds gezelliger in die oververhitte straat. Nee, dan toch maar beter verkoeling zoeken aan de kust. Maar laten nou nog een miljoen mensen op hetzelfde idee zijn gekomen. Het verkeer kruipt stapvoets vooruit. De airco geeft het op, de kinderen vragen voor de tiende keer “Zijn we er al?” Eén voordringer is genoeg voor een onvervalste road rage.
Kortom: we kunnen hier slecht tegen warmte. In Zuid-Europese landen hebben ze het beter bekeken. Siësta, schaduw, stilte. ’s Middags de luiken omlaag. Hier gooien we alles juist open, nodigen de halve straat uit en doen alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Tot het misgaat. En dat gebeurt dus ook, je kunt er eigenlijk op wachten. Wat helpt? Geen flyer met tips. Geen extra toezicht. Gewoon regen, puur Hollandse regen. Dat is de beste bondgenoot van de politie. Temperaturen omlaag. Wind in de straat. Mensen die weer binnen blijven en nergens zin meer in hebben. Dan wordt het vanzelf rustiger. Tot de zon zich opnieuw laat zien – en het hele gedoe weer van voren af aan begint.
- ESA & NASA/Solar Orbiter/EUI team/Handout