/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F05%2FP9Eq86gnU2RbTR1748440240.png "Week van Toen")
Aankomend weekend gaat het dak dan tóch nog van de Johan Cruijff Arena in Amsterdam, want de Toppers mogen er weer een feestje bouwen (30-31 mei). Stout & Fout, maar Goud is het thema dit keer, wat grappig is als je weet dat René in 1989 al platina was.
René had net zijn eerste nummer 1-hit te pakken met Alles kan een mens gelukkig maken, tot op de dag van vandaag zijn allergrootste hit. We spraken hem in ‘zijn’ Amsterdam, op het Leidseplein waar hij, zo zei hij met de bekende branie, het liefst een huis wilde laten bouwen met een zwembad en een tennisbaan. “En als ik 65 ben ook een golfbaan,” lachte hij destijds. Saillant detail: dat zou dit jaar in november zijn.
Het was René ten voeten uit daar op dat Leidseplein: goedlachs, ongedwongen en nooit een blad voor de mond nemend. De Telegraaf beschreef hem in die tijd als ‘een Amsterdamse lefgozer zonder kapsones’, een typering waar hij zelf nog wel het hardst om moest lachen: “Nou, ik ben niet echt vreselijk bescheiden hoor. Ik hou van een goed leven en een goed leven wordt al gauw geassocieerd met kapsones.”
‘Mijn vader zei altijd: als kapsones een kwartje per minuut zouden kosten, had niemand meer kapsones’
Dat vond hij weleens moeilijk, bekende hij: “Ik koop een beetje knappe auto, omdat zo’n Porsche een jongensdroom van me is. Het is nu werkelijkheid, omdat ik er vreselijk hard voor heb gewerkt. Maar kapsones… Mijn vader (Bolle Jan, red.) heeft altijd rake uitspraken. Die zegt: als kapsones een kwartje per minuut zouden kosten, had niemand meer kapsones. En die man heeft gewoon gelijk. Waarom zou je kapsones hebben? Als je gewoon doet, laten de mensen je met rust. Ik ga hier niet zitten als Boy George of George Michael met een dikke zonnebril op.”
Hij kwam toen nog geregeld in de Jordaan (“omdat mijn kapper er zit”), in ‘zijn oude spijkerbroek’ tussen de mensen, om maar aan te geven hoe ‘normaal’ hij was gebleven na zoveel succes eind jaren tachtig. Maar hij droomde groot, dat wel: “Ik wil gekke dingen blijven doen. Wat The Beatles deden, bovenop dat dak in Londen, daar kan ik mij helemaal in vinden. Ik zou best graag hier bovenop een gebouw aan het Leidseplein willen zingen. Dat iedereen naar boven kijkt en zegt: hé, dat heb je Froger.”
/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F05%2FF8ojYU1vG3bNVX1748440037.png)
Het gekste wat hij tot dan toe had gedaan? Winter in America zingen, het nummer dat hij ooit voor Adam Curry zong toen die naar Amerika vertrok. Maar dan niet in een studio, maar bovenop de Jungfrau, een berg in Zwitserland. Dat was voor het programma Action van Veronica, zei hij: “Ik moest die berg beklimmen en toen werd er per helikopter een witte vleugel naar de top gevlogen. Dát vond ik nou te gek.”
Met deze wetenschap noteren we alvast: René op een gebouw aan het Leidseplein, dat gaat ooit nog een keer gebeuren. Met of zonder de Toppers, maar met een helikopter en een vleugel eronder die over het plein gaat cirkelen. Alles om René gelukkig te maken natuurlijk.