/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F03%2FkqnYbhZYVJ2dPT1742464952.jpg)
Wie is Jos van Zoelen?
Jos van Zoelen (70) speelde een belangrijke rol in het leven van André Hazes. Jos werkte voor de volkszanger als manager, bodyguard en chauffeur, maar werd ook zijn beste kameraad. Vijftien jaar werkten de twee nauw samen. In 1997 gingen de twee gabbers boos uit elkaar. In 2014, tien jaar na Hazes’ dood, kwam Van Zoelen met het boek André Hazes & Ik. Hij vertelt daarin het echte verhaal: rauw. Met veel seks, drugs en een enorme dosis rock-‘n-roll. Inclusief cocaïne en Hazes’ prille relatie met de destijds 13-jarige Rachel. Van Zoelen werkt momenteel samen met Peter Wezenbeek (oud-drummer van The Shorts) aan een podcast over z’n tijd met André Hazes.
Jos, in de jaren 80 en 90 speelde je een belangrijke rol in het leven van André Hazes. Hoe hebben jullie elkaar leren kennen?
“Ik stond als portier aan de deur bij een paar zaken, waaronder in Loosdrecht bij De Funtushoeve. Daarachter zat Club Nautica, een soort boerenschuur die dienst deed als discotheek. Veel hout en wagenwielen. ’s Zomers was het daar smoordruk vanwege de campinggasten en er werden geregeld artiesten geboekt. We hadden dan extra mensen voor de garderobe, voor de glazen, voor de bar. Ik deed de deur. Met de muziek van Hazes had ik niks. Ik kende z’n nummers wel, maar die zeiden me niet zoveel.
Eind 1981 kwam Hazes zingen. Er mochten zo’n 250 mensen in die hut, er konden er wel 300 in, maar die avond waren er 400 man binnen. Mensen tegen de muren geplakt, bloedheet. Toen kwam Hazes eraan, in de witte Honda Prelude van z’n toenmalige vrouw Ellen. Ik had een plekje voor hem vrijgehouden in de zaak, zodat hij wat ruimte had om op te treden. Ik ben André en ik kom hier zingen zei hij tegen me. Ik antwoordde: Ik ben Jos en ik zorg ervoor dat jij hier kan zingen. Dat was onze eerste ontmoeting. Van Puffelen – zo sprak ik hem aan voordat ik hem ‘die kleine’ noemde - had een zwarte broek aan en een hempie. Hij vroeg of er een kleedkamer was. Die hadden we niet, dus het moest even makkelijk. Een glaasje water en een glaasje bier, dat was alles wat hij vroeg.”

Hoe populair was Hazes toen al?
“Het moest allemaal nog een beetje loskomen. Het waren de beginjaren, met z’n eerste singles Ik hou van jou en Een beetje verliefd. Hij trad overal en nergens op, soms gewoon op een pallet of op een kistje. Ik vond dat het wel een beetje professioneler kon. Ik verbaasde me erover dat er helemaal geen crowd control was. Iedereen ging uit z’n dak, maar de artiest had geen bescherming terwijl er gewoon te veel mensen op die locatie waren. De ruiten vlogen eruit, bij wijze van spreken. In die omgeving heb je een paar woonwagenkampen, die elkaar op zulke gelegenheden graag even uit de tent lokken. Ik stond daar flink m’n werk te doen, zal ik maar zeggen. Hazes had daar profijt van. Hij had goed in de gaten wat ik voor hem deed die avond.
Naderhand raakten we aan de praat en het bleek dat hij graag wilde sporten en trainen. Ik had een sportschool en nodigde hem uit om eens langs te komen. Maar trainen in mijn sportschool, dat wilde hij niet. Hij voelde zich niet prettig tussen die brede jongens van de gestampte pot. Thuis had hij een garage waarin hij wat spulletjes liet installeren. Ik stelde voor om wat schemaatjes voor hem te maken, zodat hij aan de slag kon. Alle oefeningen heb ik hem eerst een keer voorgedaan. Toen vroeg hij me of ik aanstaande dinsdagmiddag ook even langs wilde komen. Dan stond er namelijk een reportage met Panorama gepland en het was natuurlijk prachtig voor het plaatje als Hazes daar aan het sporten was met z’n persoonlijke trainer. Ik kende Hazes nog maar drie dagen en toen stond ik al uitgebreid met hem in jullie blad, als vriend en als personal trainer. Hij had dat geregeld via zijn sponsor Muscle Power. Op die foto stond ook Huub van Eck, in die tijd een bekende powerlifter en deelnemer aan Sterkste Man van Nederland.”
'Hij vroeg of ik mee wilde naar een optreden. Ik ging mee, ergens in de Betuwe. Twee biervaten, plankje erover, dat was zijn podium. Stampvol zat het'
Sporten en Hazes: ging dat een beetje samen?
“Ik maakte schemaatjes voor hem, maar ik moest daar wel bovenop zitten en achteraan gaan. In z’n eentje deed hij niks en kon hij niks. Hij had simpelweg de discipline niet. En dus gingen we samen een beetje trainen, met van die spiegels aan de wand. Op een gegeven moment werden dat lachspiegels, want hij bleef dat mollige postuur houden. Hij had genoeg zelfspot, we konden erom lachen. Het klikte wel tussen ons. Hij vroeg of ik eens mee wilde naar een optreden. Ik ging mee, ergens in de Betuwe. Een kroeg, twee biervaten, plankje erover, kleedje eroverheen. Dat was zijn podium. Stampvol zat het. Geen parkeerplek, dus we moesten een stuk lopen. Onderweg was het voortdurend: Hé André! Hee Hazes! Ik verbaasde me over de omstandigheden ter plekke. Dit kon toch niet? Ik benadrukte dat hij dat voorafgaand aan een boeking beter moest regelen. Optreden is prima, maar daar zitten wel een paar voorwaarden aan. Een deugdelijk podium, een parkeerplek naast de deur, dat soort dingetjes. Hij was daar niet goed in. Hazes vroeg of dat misschien iets voor mij was. Voor ik het wist was ik tien keer in de week met hem op pad.”
En je sportschool dan?
“Dat gaf problemen. Anderen moesten mijn lessen overnemen. Ik gaf les aan groepen dames, opgeteld zo’n 80, 90 vrouwen. Ook begeleidde ik kickboksers. Ik kon er steeds minder zijn en daardoor liep de klandizie terug. In overleg met m’n vrouw koos ik voor Hazes en toen hebben we de sportschool verkocht. Die bestaat nog steeds trouwens, in Hilversum. Ik kwam in vaste dienst bij Hazes. Overdag zat ik op kantoor en ik ging mee naar alle optredens. Dat heb ik vijftien jaar gedaan.”

Je was niet alleen z’n manager, chauffeur en bodyguard maar ook z’n kameraad. Hebben jullie veel gelachen?
“Och, hou op. Ik heb zo verschrikkelijk veel gelachen met die kleine. Als wij een bananenschil zagen liggen, dan hadden we bij wijze van spreken al pret om wat daar allemaal mee zou kúnnen gebeuren, zonder dat er überhaupt iets was voorgevallen. Dat was humor in het genre van Laurel & Hardy. Hazes had een fantastisch gevoel voor humor. Als hij nuchter was, en bij de tijd, dan was zijn humor ongeëvenaard. Kattenkwaad uithalen deden we ook graag. Ik weet nog hoe we bij een buurman het wieltje van z’n terrastafeltje op spanning hebben gezet. Toen het dienblad met allerlei lekkers op dat tafeltje werd gezet, kletterde alles omver. Heel kinderachtig natuurlijk, maar wij lagen achter de struiken al een half uur te rollen van het lachen. Dat was overigens niet z’n meest favoriete buurman, dat begrijp je. Dat soort fratsen pasten goed bij Hazes, net als het vertellen van moppen. Die wist hij uit te rekken tot verhalen van vijf of soms wel tien minuten. Halverwege lagen wij al ondersteboven van het lachen, terwijl de clou nog moest komen. Dat waren prachtige tijden. Dat heb ik wel gemist.”
Jij was destijds sportschoolhouder, fit en sterk. Heb je ooit je kracht moeten gebruiken bij Hazes?
“Zeker wel, vaak zelfs. Er was een keer een optreden in de buurt van Nijmegen. De geluidsjongens kwamen altijd wat eerder om de boel op te bouwen. Die kwamen dan niet bescheiden binnen, maar met een houding van: aan de kant, het geluid van Hazes! Ze moesten een bepaald plekje in het midden reserveren, zodat André tijdens het optreden contact met hen kon maken over het volume, de galm, de monitoren enzovoort. Maar dat opbouwen ging altijd met veel rumoer, niet echt op een normale manier. Ik had die jongens al een paar keer voorzichtig gewaarschuwd dat het een keer fout zou gaan. Tijdens dat betreffende optreden duwde de geluidsman een mevrouw uit het publiek een beetje aan de kant, zodat hij Hazes kon zien. Dat viel verkeerd. Bij die dame hoorde een boom van een kerel. Die gaf de geluidsman een douw terug. En juist dát zag ik, dus ik glipte voor die kleine langs en gaf die gozer een flinke stomp. Die zakte meteen in elkaar. In die omstandigheden ga je niet lopen trekken of waarschuwen. Zoiets moet meteen beslist zijn. Dan is het maar duidelijk.”
En zoiets loopt dan goed af?
‘Nee hoor. Na afloop van het optreden: iedereen uit z’n dakkie. Die kleine en ik zaten boven, maar ik hoorde beneden het gestommel wel. Daarna kwam er iemand de trap op. De eigenaar. Er staat iemand beneden die met je wil praten, zei hij tegen me. Ik vroeg of hij alleen was. Dat was niet zo. Er stond blijkbaar een knokploegje klaar. Dat vond ik de verantwoordelijkheid van de horecaeigenaar. Niet de mijne. Een gozer in z’n eentje? Dan kom ik heus wel naar beneden. Dan praat ik het uit met hem. Maar hij had een paar mannetjes bij zich. Na even nadenken, ben ik toch gegaan. Ik heb hem uitgelegd dat die jongen van het geluid z’n brood stond te verdienen. Daar moest hij van afblijven. Maar die gozer wilde zich laten gelden. Hij was een bollebof van het kamp, tegenover z’n achterban wilde hij laten zien wie hij was. Ik koos voor de vrede. Kom op man, zand erover en de volgende keer een beetje meer respect voor de mensen van het geluid. Er stond een legertje kampers paraat, maar er gebeurde niks. We drukten elkaar de hand. Klaar.”
'Dré en Roz zijn aardige kinderen en op hun manier ook wel een beetje muzikant. Maar ze mogen als artiest de schoenveters van hun vader niet strikken'
Wat vond Hazes van dit soort situaties?
“In dit geval was hij zo trots als een aap met zeven lullen. Hij vond het geweldig.”
Wat vond hij geweldig? Dat hij zoveel losmaakte met z’n muziek? Of dat hij een bodyguard had die problemen voor hem oploste?
“Dat laatste natuurlijk. Hij genoot ervan dat hij personeel had. Mensen die deden wat hij zei. Van het opstootje had hij niks meegekregen. Hij had er niks van gezien. Dat soort dingen maakten we wel vaker mee. We reisden een keer van een optreden in Rotterdam naar het volgende optreden in Brabant. Een flinke groep uit het publiek reisde mee. Maar aangekomen bij de volgende kroeg bleek er een dominante groep woonwagenbewoners aanwezig te zijn. En je raadt het al: de mensen die ons waren gevolgd naar het volgende optreden kwamen van een ander kamp. Dat werd dus knokken.
Ze klapten er allemaal bovenop. Er stonden drie politiewagens buiten. De eigenaar had een beetje meegeholpen, met een slagaderlijke bloeding tot gevolg. Het bloed spoot door de keuken, terwijl er binnen een vechtpartij aan de gang was waar de honden geen brood van lusten. De krukken waren vastgemaakt aan de vloer, maar toch vlogen ze door de lucht. En toen moest die kleine nog zingen. Tegen de geluidsman had ik gezegd dat hij de auto moest halen en strak tegen de achterdeur moest parkeren. Zodra Hazes z’n toegift had gezongen, waren we weg. Achteraf hoorde ik dat er nog de hele nacht geknokt is daar. De jongens van het geluid zijn de volgende dag pas teruggekomen om hun apparatuur op te halen. Of nou ja, wat er nog van over was dan. De hele kroeg was aan gort geslagen.”
Wat vind je van het huidige gedoe over de naam van André Hazes Jr., die volgens z’n moeder niet meer onder de naam André Hazes mag optreden?
“Gezeik over namen en merken is niet alleen van deze tijd. Daar hadden we vroeger ook al gedoe mee. Ieder jaar hadden we wel drie, vier rechtszaken over de naam André Hazes. Dan was er ergens een evenement bedacht, waar ze een nieuwe volkszanger gingen zoeken. Dat noemden ze dan de André Hazes-verkiezing. Op zich geen probleem, maar op de poster stond dan met hoofdletters aangekondigd: Vanavond: André Hazes. En heel klein eronder stond het woordje verkiezingen. Daar kregen wij gedonder mee, want de bezoekers waren natuurlijk teleurgesteld dat Hazes er niet was. Hetzelfde gold voor horecagelegenheden die Hazes hadden geboekt om 23.30 uur, maar in de aankondigingen meldden: André Hazes vanaf 22.00 uur. Als André dan keurig op tijd aankwam om 23.15 uur, kreeg hij eerst de volle laag van de aanwezigen die het allemaal belachelijk vonden dat hij zo laat was. Een bloedhekel had ik daaraan. Ik legde dan zo rustig als ik maar kon aan de zaaleigenaar uit dat hij de volgende keer moest vermelden: Zaal open vanaf 22.00 uur. Anders kwamen we gewoon niet weer. Zo simpel was het.
Maar om op je vraag terug te komen: volgens mij ligt het nu anders. Er wordt geen misbruik gemaakt van de naam Hazes. Die jongen heet gewoon zo, ze hebben hemzelf die naam gegeven. Het is te lullig voor woorden. Rachel bezit de beeld- en geluidsrechten van haar overleden man André Hazes. Ze heeft haar zoon zelf naar voren geschoven en gezegd dat hij geen Dreetje meer heet of Junior, maar dat híj André Hazes is. Dat trekt ze nu in? Er zal wel iets voorgevallen zijn, maar ik vind het heel raar. Iedereen weet wel wie tegenwoordig André Hazes is. Er is geen verwarring mogelijk, iedereen weet wel dat die kleine er niet meer is. Laat die jongen lekker zingen, en daarbij maakt het toch niets uit of hij nou Junior heet, of Dreetje, of Dré, of gewoon zoals op z’n geboorteakte staat: André Hazes. Zolang de mensen naar hem vragen en hij kan een paar centen verdienen, dat gun je hem toch als moeder? Dré en Rox zijn aardige kinderen en op hun manier ook nog wel een beetje muzikant. Maar ze mogen als artiest de schoenveters van hun vader nog niet eens strikken. Dat staat buiten kijf. Laat ze lekker een boterhammetje ophalen met zingen, dat is ze van harte gegund.”

In je boek André Hazes & ik, dat tien jaar geleden verscheen, vertel je uitgebreid over het drankgebruik van Hazes. Wat heb je eraan gedaan om te proberen hem ervan af te helpen?
“Dat probeerde ik dagelijks. Het was onderdeel van mijn takenpakket om ervoor te zorgen dat z’n stem in optimale conditie verkeerde. Dat was nog weleens lastig met z’n levensstijl. Bovendien was hij het soms behoorlijk zat dat anderen hem gingen vertellen hoe hij z’n leven moest leiden. Aan de ene kant vond hij het prachtig dat hij zo beroemd en bekend was, daar had hij allerlei voordelen van. Aan de andere kant wilde hij ook weleens anoniem z’n dingen doen, daarom ging hij geregeld naar Amerika. Niemand kende hem daar, hij kon daar vrij rondwandelen.”
'Ik hoefde hem echt niet meer te zien. Mijn bedrijf ging failliet doordat ik een aantal afspraken niet kon waarmaken omdat Hazes niet kwam opdagen'
Wat deed hij daar dan bijvoorbeeld?
“Onschuldige dingen hoor, lekker wandelen in die grote parken en bekende bezienswaardigheden bezichtigen. Hij kon daar op z’n gemakkie rondscharrelen, lekker anoniem in makkelijk zittende kleding. Tijdens zo'n tripje kon hij zichzelf weer aardig opladen.”
In je boek onthulde je dat hij ook cocaïne gebruikte. Op wat voor manier probeerde je hem daarvan te weerhouden?
“Als ik het zag, kreeg hij van mij een draai om z’n oren. En als ik het spul zag, spoelde ik dat resoluut door het toilet. Maar als hij het deed, was dat meestal wanneer ik er niet bij was. Dit was trouwens pas tijdens de laatste momenten van onze samenwerking. Hazes had z’n vaste adresjes en de dealers wisten hem ook goed te vinden.”

Wanneer stopte jullie werkrelatie, vriendschap en contact? En waarom?
“Dat was in 1997. Toen heb ik hem z’n sleutel teruggegeven. Zakelijk moesten we nog een paar dingen regelen, maar tot echte gesprekken kwam het niet meer. Voor z’n 50ste verjaardag was ik nog wel uitgenodigd door de platenmaatschappij. Toen hebben we nog kort met elkaar gesproken en zijn er wat krokodillentranen gehuild. Daarna was ik het ook wel kwijt. Maar in het begin hoefde ik hem echt niet meer te zien. Mijn bedrijf ging failliet doordat we een aantal afspraken hadden staan die ik niet kon waarmaken omdat Hazes niet kwam optreden. Het ging om grote optredens waar veel geld mee gemoeid was, met grote gevolgen. Daar heb ik vanzelfsprekend niet zulke leuke herinneringen aan. Ik heb hem dat heel erg kwalijk genomen. Maar goed, dat is nu allemaal allang voorbij.”
Online onbeperkt lezen en Panorama thuisbezorgd?
Abonneer nu en profiteer!
Probeer direct- Ivo van der Bent