/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F03%2FWzoJF4TV3eDqkN1740995029.jpg)
Afbeelding boven ter illustratie
Eind 2024 toonde Museum Gouda een schilderij van Pieter Brueghel de Jonge, een kunstenaar uit de 17de eeuw en zoon van de iets bekendere Pieter Brueghel de Oude. Journalist Walter Lensink schreef een stuk over de tentoonstelling en zijn collega John Brozius dook op basis van dat artikel dieper in de materie. Brozius kwam erachter dat een van de werken, die van Brueghel de Jonge, verdomd veel leek op een werk dat in 1974 werd gejat uit het Pools Nationale Museum in Gdansk. Na verder onderzoek, samen met kunstdetective Arthur Brand, werd dat vermoeden bevestigd. Dat schrijft de Telegraaf.
Samen met de politie ontrafelden de mannen het mysterie. Nou ja, deels. Ze ontdekten ze dat het werk door de vader van de huidige eigenaar van een galleriehouder gekocht is. En dat Museum Gouda niet op de hoogte was van het schimmige verhaal achter het werk. Maar een aantal zaken zijn nog steeds in nevelen gehuld.
Brandende douanier
Het werk kwam in 1944 al in handen van het Nationaal Museum in Gdansk. Al snel namen de Russen het werk mee, maar 12 jaar later werd het schilderij weer teruggebracht naar het museum in Polen. In 1974 kwam een medewerker er echter bij toeval achter dat het werk foetsie was. Ze stootte destijds het werk van de muur, waarna ze ontdekte dat er een uitgeprinte kopie in de lijst zat.
Een douanier meldde zich vervolgens met potentieel belangrijke informatie over de roof en zou worden verhoord. Echter overleed hij op geheimzinnige wijze voordat dat verhoor kon plaatsvinden. De douanier werd letterlijk brandend aangetroffen op een begraafplaats en overleed later aan zijn verwondingen. Een onderzoek naar dit bizarre voorval leverde niks op.
Geheime dienst
De politie droeg het onderzoek over aan de Poolse geheime dienst. Saillant detail: volgens kunstdetective Brand stond de geheime dienst erom bekend betrokken te zijn bij kunstroven. Brand tegen de Telegraaf: "Alleen zo’n dienst was in die communistische periode in staat om zo’n roof te plegen en dit soort werken in het buitenland te slijten."
De politie noch de Poolse geheime dienst loste de roof op en het gejatte werk kwam op de Poolse most wanted-lijst van gestolen kunst. Daarna bleef het tientallen jaren stil rondom de zaak, totdat de Nederlanders ontdekten dat het in Museum Gouda hing. Inmiddels is er een nieuw onderzoek gestart naar het mysterie en wellicht werpt dat ook licht op de mogelijke moord op de douanier.
- de Telegraaf
- Adobe Stock