Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
Micha Jacobs & Edwin Struis

Sportcolumn: 'Mag ik je shirt (en een teiltje)?'

Iedere week schrijven onze Panorama-verslaggevers samen een column over wat hen opvalt in de sportwereld. Deze week: 'Mag ik je shirt (en een teiltje)?'

Micha Jacobs & Edwin Struis

Micha Jacobs

Ik weet niet of het komt door het arbeidersmilieu of de tijd waarin ik ben opgegroeid, maar ik leerde altijd dat kinderen die vragen worden overgeslagen. Tegenwoordig leren kinderen een heel andere les: zij die zwijgen zullen nooit iets krijgen.

Het begon natuurlijk met één kind dat met een kartonnen bord onder zijn arm naar het stadion schuifelde. Waarschijnlijk stond hij jarenlang bij de spelersbus te wachten op een ontmoeting met zijn favoriete speler, zonder succes. Geen handtekening, geen selfie, geen shirt, niks. Totdat zijn tranen op waren en hij dacht: ik kan natuurlijk ook de papierbak induiken, een stuk karton eruit grissen en daar met een dikke viltstift op schrijven: Arjen, mag ik je shirt? Na de wedstrijd, vlakbij de spelerstunnel en voor het oog van de camera, hup, dat ding in de lucht en verdomd: kassa! En alle commentatoren maar roepen: ach, wat een leuk kind. Ach, wat een sympathieke speler, dat vergeet dat jongetje nooit meer!

Daar begon de ellende. Als het één kind lukt, proberen andere kinderen het ook. Inmiddels zie je door de kartonnen borden het publiek niet meer. En ze worden steeds slimmer, die kinderen. Of beter gezegd: hun ouders, want ik denk niet dat een kleine Antonyfan zijn vraag zelf door Google Translate haalt en het vervolgens in foutloos Portugees op een bord zet.

Bij Oekraïense spelers is het nog erger: in Engeland vragen kinderen (of hun ouders) Oleksandr Zintsjenko van Manchester City en Andriy Jarmolenko van West Ham United niet alleen in het Oekraïens om een shirt, maar ze zwaaien er ook nog eens met de Oekraïense vlag bij. Omdat dat bij die mannen een gevoelige snaar raakt, dat hebben die kinderen inmiddels ook wel door. Het erge is: je kunt het als voetballer niet weigeren. Want doe je dat wel, zeker voor het oog van miljoenen tv-kijkers, dan ben je een botte lul die zijn allerjongste fans teleurstelt. Terwijl ik alleen maar denk: als je met je kind naar het voetbal kan, dan kun je waarschijnlijk ook een shirt voor hem kopen en met hem langs het trainingsveld gaan staan zodat het idool van je kind zijn shirtje kan signeren en ongetwijfeld ook nog met hem op de foto gaat.

Je moet een kind niet leren om te bedelen, tenzij zijn leven ervan afhangt. Ik vraag mij dan ook af of het werkt, maar daar kom ik natuurlijk alleen achter als ik het zelf probeer. Dus Struis: mag ik jouw shirt? Of je pen? Iéts?

Edwin Struis

Micha, je mag alles van me hebben en als straks de Derde Wereldoorlog uitbreekt, mag je zelfs bij ons onderduiken. Tot die tijd zal je het moeten doen met mijn voetbalsouvenirs, en dat zijn er nogal wat. Nou ja, dat kaartje met de handtekening van Diego Maradona erop hou ik zelf, maar voor de rest: be my guest! M’n kantoortje puilt uit van de voetbalparafernalia. Foto’s, tickets, handtekeningen, posters, programmaboekjes, opstellingen; veel HFC Haarlemgerelateerd, dat geef ik toe, maar je kan er urenlang in grasduinen. Naar shirts zal je echter tevergeefs zoeken. Moesten wij vroeger al heel wat schroom overwinnen om enkel een handtekening of foto te vragen, tegenwoordig zijn fans verbolgen als ze niet minstens het complete pakket aan gesigneerde shirts (thuis-, uit- én derde shirt) in cadeauverpakking mee naar huis krijgen. Laatst bij Cambuur-PSV zag ik ook zo’n jochie staan met een kartonnen bord, het zou me niet verbazen als er webwinkels bestaan waar je ze kant-en-klaar kan bestellen. Volgens mij wilde hij iets van PSV-coach Roger Schmidt, maar wat in hemelsnaam? Z’n notitieblok, z’n trainingspak, z’n immer verongelijkte blik, de KNVBbeker?

Zelf was ik nooit zo van de shirts. Maar toen ik eenmaal vader werd, heb ik voor mijn zoon en dochter heel wat tricots meegesleept uit het buitenland. Alleen al een stuk of tien van Celtic, het mooiste shirt ter wereld. Maar ik zou ze allemaal inruilen voor de HFC Haarlem-outfit van begin jaren tachtig waarmee de Roodblauwe Leeuwen het zelfs tot Europees voetbal schopten.

Zoals Haarlem altijd mooie shirts heeft gehad. Het is alleen jammer dat ze soms om de schouders van de verkeerde spelers kwamen te hangen. Weet je dat Johan Derksen ook een rood-blauwe maandag in Haarlem heeft rondgelopen, of beter in de rondte heeft lopen schoppen? Na alle commotie van vorige week zou ik deze antivoetballer met terugwerkende kracht graag uit de Haarlem-annalen willen schrappen.

Moet die man niet tegen zichzelf en z’n omgeving in bescherming worden genomen? Met z’n sneue, gedateerde piemelpraat die bij elk normaal mens walging oproept, behalve bij zijn Candle Inside-vriendjes Genee en Van der Gijp. Deze man hoort toch al jaren achter de geraniums in Grolloo? Laat ie daar zijn discriminerende, homofobe en seksistische praatjes afsteken, dan heeft niemand er last van. Afijn, zijn shirt hoef ik dus niet.