Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert

Bij de politierechter: 'De zwijgrechtfluisteraar'

Het strafblad van Kadir, dat hard op weg is naar de dertig kantjes, schreeuwt om uitleg. Maar zelf zwijgt hij liever.

Bij de politierechter: 'De zwijgrechtfluisteraar'

Kadir* (29) zit weer eens vast. Nog vijftien dagen, dan zit zijn huidige straf erop, al is de kans groot dat die naadloos zal overgaan in de volgende. Zo gaat het nu al maanden. Een eindeloze reeks van nog openstaande zaken zorgt ervoor dat zijn strafblad, inmiddels 26 pagina’s dik, groeit als kool. Vanmorgen heeft hij zich door het busje van de Dienst Justitiële Inrichtingen voor de zoveelste keer gewillig naar de rechtbank laten brengen. Hij doet zijn mondkapje af en haalt een hand langs zijn volle, vrome, gitzwarte baard. Een van de weinige zaken in zijn leven die hij nog wel op orde lijkt te hebben.

“Ik wil graag gebruikmaken van mijn zwijgrecht.”

Hij zegt het zo zacht dat het niet of nauwelijks verstaanbaar is.

“Pardon?” zegt de rechter.

“Ik wil graag gebruikmaken van mijn zwijgrecht,” fluistert Kadir opnieuw, nu zo mogelijk nog zachter en zonder op te kijken van het blauwwitte mondkapje dat voor hem op tafel ligt. Met zijn beide handen strijkt hij onophoudelijk, bijna dwangmatig, de plooien ervan glad.

“U beroept u op uw zwijgrecht, is dat wat u zegt?” gokt de rechter.

Kadir knikt, andermaal zonder van het mondkapje op te kijken.

“Dan zal ik u voorhouden wat er zoal in het dossier zit,” legt de rechter de gang van zaken ongetwijfeld ten overvloede uit. “Ik wil graag gebruikmaken van mijn zwijgrecht.”

“Dat is me duidelijk,” zegt de rechter.

Op een dag stelt een vrouw vast dat er is ingebroken in haar auto. Het navigatiesysteem is gejat. Nog diezelfde avond wordt het te koop aangeboden op Marktplaats, ontdekt ze.

De vrouw alarmeert direct de politie. Die adviseert haar een afspraak te maken met de verkoper. Agenten in burger zullen bij de overdracht ongezien aanwezig zijn om de verkoper in de kraag te vatten. Maar dat plannetje mislukt. De man met de baard lijkt onraad te ruiken. De plastic zak die hij in zijn handen heeft (en waarin later het navigatiesysteem blijkt te zitten), legt hij weg en hij loopt linea recta op de ‘onopvallende‘ auto af waarin de agenten zitten. Hij werpt een blik in de auto en gaat er dan als een haas vandoor. De agent die te voet de achtervolging inzet, ziet hem verderop een woning in rennen. In datzelfde huis wordt Kadir even later aangehouden. Onderzoek naar het Marktplaats-account waarop het navigatiesysteem werd aangeboden, leert dat het is aangemaakt op het IP-adres van zijn moeder.

“Was u die man met die baard en die plastic zak?” vraagt de rechter.

“Ik wil graag gebruikmaken van mijn zwijgrecht,” fluistert Kadir, die nog altijd druk bezig is met het strijken van het mondkapje.

De tweede zaak waarvoor hij zich vandaag moet verantwoorden betreft een vernieling. Bij de woning van zijn exvriendin zou hij een ruit hebben ingeslagen. De kans dat het bloed dat bij de ruit werd aangetroffen niet van hem is, is volgens forensisch onderzoek kleiner dan 1 op 1 miljard. Het was niet de eerste keer dat hij haar lastigviel. Na een eerdere inbraak, waarbij hij onder meer een aantal foto’s verscheurde, was de vrouw haar woning ontvlucht en ondergedoken.

Ze is naar eigen zeggen nog altijd doodsbang voor hem.

“Klopt het dat u die ruit heeft vernield?” vraagt de rechter tegen beter weten in.

“Ik wil graag gebruikmaken van mijn zwijgrecht.”

Volgens zijn advocaat heeft Kadir dringend psychische hulp nodig, maar krijgt hij daarvoor de kans niet omdat oude feiten er telkens weer voor zorgen dat hij nog langer vast blijft zitten. De officier brengt daar tegenin dat er bij recente onderzoeken naar zijn geestelijke gezondheid geen psychische stoornissen zijn vastgesteld.

“Hoe ziet u zelf uw toekomst?” vraagt de rechter aan Kadir.

“Ik wil iets gaan doen,” verrast hij ineens vriend en vijand.

Ook de rechter lijkt blij verrast.

“Wat wilt u gaan doen?” vraagt ze nieuwsgierig.

“Gewoon, iets,” zegt Kadir.

Wat het ook is wat hij wil gaan doen, het zal moeten wachten. Voor de heling van het navigatiesysteem (de diefstal ervan valt niet te bewijzen) en het vernielen van de ruit legt de rechter hem een gevangenisstraf op van zes weken, waarvan twee voorwaardelijk, en een meld- en behandelverplichting bij de reclassering. Op Kadir lijkt het weinig indruk te maken. Zonder op of om te kijken, en met een kreukloos mondkapje, verlaat hij de rechtszaal.

Misdaad
  • Petra Urban