Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert
Henk Strootman

Misdaadcolumn: 'De gruwelijke kant van sociale media'

Elke week schrijft misdaadverslaggever Henk Strootman een column over wat hem opvalt in de crimewereld. Deze week: 'De gruwelijke kant van sociale media'

Henk Strootman

Met de moord (of doodslag) onlangs op Anouk den Dekker (20) uit Den Bosch is een nieuw hoofdstuk aan de Nederlandse misdaadgeschiedenis toegevoegd. Helemaal in de geest van deze tijd legde verdachte Bouchra D. (21) met haar mobieltje vast hoe ze haar halfzus thuis met een mes aanvloog en tot aan de buren achterna liep om enkele fatale steken toe te dienen. Ook de hond van de familie bleef niet gespaard, maar als door een wonder overleefde het dier de aanval.

Het drama was voor Bouchra’s Instagram-vrienden live te volgen. Hoewel de beelden door moderators van het platform snel werden verwijderd, vonden de screenshots al snel hun weg op sociale media. Het moet gezegd; die gingen erin als koek. Zoals ook de foto waarop een geboeide Bouchra met bebloede handen te zien is massaal werd gedeeld.

In het Algemeen Dagblad probeerden twee wetenschappers een verklaring te vinden voor dit in Nederland vrij nieuwe fenomeen. Klinisch psycholoog Jan Derksen denkt dat de verdachte ‘heel veel blinde woede heeft gevoeld’ en dat Bouchra door te ‘achtervolgen, doden en filmen helemaal buiten de werkelijkheid heeft gestaan’. Het livestreamen van de gruweldaad wijt hij aan ‘een reflex, een tweede natuur’. Dit laatste kun je zo’n beetje op elke straathoek waarnemen. Er leeft bij veel mensen – en niet alleen jongeren – een bijna ongezonde drang om alles maar te willen filmen. Een straatartiest, een ongeluk, een draaiorgel, een voetbalwedstrijd (vanuit de nok van het stadion) of een BN’er die zijn auto voltankt. Wat doet iedereen met de filmpjes, vraag je je weleens af.

Maar goed, veel van die filmpjes zijn nog relatief onschuldig, al ben je natuurlijk niet helemaal goed bij je hoofd als je bijvoorbeeld een reanimatie of een creperend verkeersslachtoffer filmt. Een door de dader vastgelegde livestream van een moord gooit er nog een schepje bovenop. Dat mensen zich aangetrokken voelen tot dergelijk materiaal is niet nieuw.

Braziliaanse favela-bewoners nemen foto’s van bloederige kledingresten na een politie-inval.

Wel nieuw is het gemak en de snelheid waarmee zulke beelden gewild of ongewild tot je komen. Het delen op sociale media is secondenwerk. En anders zijn er genoeg sites die ruim voorzien in afgehakte hoofden, executies, bloedige verkeersongelukken en moordpartijen. Tot een jaar of twintig geleden moest je daarvoor nog naar de videotheek, waar Faces of Death 1, 2, 3 et cetera in de behoefte voorzagen.

Waarom de een vol walging zijn hoofd afwendt bij schokkende beelden en de ander er juist op kickt, is voer voor psychologen. Er wordt weleens een vergelijking gemaakt met de openbare executies vroeger op een marktplein, daar liepen ook genoeg mensen warm voor. En volgens mediapsycholoog Mischa Coster speelt er nog iets, namelijk ‘de opluchting dat niet jij degene bent die het overkomt, maar dat het de ellende is van een ander’. Hoe gek het ook klinkt, dat verschijnsel doet zich zelfs voor in de dierenwereld. Elke boer kan getuigen van schapen die samendrommen en rustig toekijken als een van de beesten ondersteboven in een sloot naar adem ligt te happen.

De vraag is wat je tegen digitaal ramptoerisme en het delen van schokkende filmpjes kunt doen. Weinig, zo vreest klinisch psycholoog Derksen. Hij noemt het moreel appel dat de politie regelmatig doet om de beelden niet te delen ‘niet zinvol’. Hij vreest zelfs dat het uitbannen van dit gedrag ‘nog generaties’ duurt. Met andere woorden: we zullen er mee moeten leren leven. Sociale media worden steeds asocialer. Like it or not.

Misdaad
  • AP, Silvia Izquierdo