Rapport: risico op aanslag door Gökmen T. was onnodig groot

Inspectie Justitie en Veiligheid presenteerde gisteren een rapport over tramschutter Gökmen T. en dat was niet fris. Uit de tekst blijkt dat de politie, het Openbaar Ministerie (OM) en de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) de aanslagpleger niet goed in de gaten hebben gehouden en bovendien te weinig informatie over hem hebben uitgewisseld. Daardoor is het risico op een aanslag van tevoren ‘niet zo klein mogelijk gemaakt’, oftewel, onnodig groot gehouden.

Gökmen T., die kortgeleden nog in het nieuws kwam omdat hij met een zelfgemaakt wapen een gevangenisbewaker had gestoken, bleek al geruime tijd op de radar van verschillende instanties te staan. Hij werd al eerder veroordeeld voor vuurwapenbezit, stond bekend als criminele veelpleger en vertoonde radicaal gedrag in de gevangenis. Die informatie werd niet of beperkt doorgespeeld, waardoor de gemeente Utrecht en de reclassering niet op de hoogte waren van de problemen van Gökmen. Zij moesten, zo goed en zo kwaad als dat mogelijk was, zorgen dat T. na zijn gevangenisstraf terug kon keren naar de maatschappij, maar daarbij ontbrak dus noodzakelijke informatie.

Gökmen T., die vorig jaar tot levenslang werd veroordeeld voor een terroristische aanval in een Utrechtse tram in 2019, heeft een bewaker neergestoken in een Rotterdamse gevangenis. De Dienst Justitiële Inrichtingen bevestigt dat de bewaker is neergestoken, maar niet wie de dader is.

Bekijk ook

‘Tramschutter’ Gökmen T. steekt bewaker neer in gevangenis

Inspectie

De inspectie benadrukt dat er natuurlijk geen garantie was dat zorgvuldiger werk de tragische gebeurtenissen van 18 maart 2019 hadden kunnen voorkomen: “Risico’s zijn nooit uit te sluiten, maar ze moeten wel zo klein mogelijk worden gemaakt. Dat hebben politie, het OM en DJI hier onvoldoende gedaan.”

Volgens minister Grapperhaus zijn er sinds de tramaanslag wel al verbeteringen doorgevoerd. Hij belooft ook dat de aanpak van mensen zoals Gökmen T. voortaan beter zou moeten verlopen.