In Groningen begon vandaag met een openbare zitting het strafproces tegen de 44-jarige Jahangir A. Hij wordt beschuldigd van de moord op Els Slurink, die op 20 maart 1997 in haar appartement om het leven werd gebracht.
Drie rechters uit Zwolle vormen de rechtbank, omdat een medewerker uit Groningen zelf in het dossier voorkomt. Waarom weet men niet, maar het is reden genoeg om de zaak over te dragen aan de rechters uit Overijssel. Zij hoorden vandaag de eerste verklaringen van de verdachte aan.
Onder het motto ‘nooit te laat om te praten’ startte de politie op 18 januari een nieuw offensief om onopgeloste moorden opnieuw aan het licht te brengen. Al bij de allereerste zaak is het raak. na 24 jaar is er een verdachte opgepakt rond de moord op Els Slurink.
DNA-match
De naam Jahangir A. kwam naar boven toen agenten kortgeleden een DNA-spoor van de verdachte tegenkwamen onder de nagel van Slurink. Het is volgens justitie geen doorslaggevend bewijs, maar genoeg om de verdachte voorlopig vast te houden. ”Die match was geen eindpunt, maar een nieuw startpunt’’, verklaarde de Officier van Justitie. Bovendien vreest justitie dat A., die zijn geld verdient met hennepteelt, op de vlucht slaat zodra hij op vrije voeten komt.
De advocaat van A., Job Knoester, is het niet met de eisen eens. Volgens hem is het bewijs gebrekkig en onvoldoende om zijn cliënt vast te houden. Hij meldde dat het DNA onder de hand van Slurink een mengspoor is, en niet zeker van de verdachte afkomstig is. Ook was er verder geen spoort van A. te vinden in de flat: “Er zijn honderd vingerafdrukken aangetroffen. Nergens één van de verdachte, wat je dan zou verwachten."
Voorlopig vast
De rechtbank oordeelde desondanks dat de hechtenis van A. voorlopig doorgezet wordt. “Dat de verdachte vast moet blijven zitten, betekent niet dat wij vinden dat er voldoende bewijs van schuld is”, verklaarden zij daarbij.
A. bleek ook een broer te hebben die in Groningen woont. Zijn DNA moet van de rechtbank ook onderzocht worden.
- dvhn.nl, telegraaf.nl