/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2Fcore%2Fpanorama-fallback1.png)
Nee, van paniek is nog geen sprake bij Lotto-Jumbo. Na een, volgens velen, desastreus verlopen voorjaar moet het vlaggenschip van het Nederlandse wielrennen het seizoen eerst redden in de Giro d’Italia en daarna in de Tour de France. De ploeg kan ook niet anders, als je ziet hoe marginaal de rol van de enige Nederlandse WorldTour-ploeg in de voorjaarsklassie-kers was.
Ik zak samen met Ellis, de pr-dame van de ploeg, af naar het Franstalige deel van Zwitserland waar de Ronde van Romandië wordt verreden. In die rittenkoers stomen kopmannen Primoz Roglic en Robert Gesink zich klaar voor de Tour. Vooral van de Sloveen Roglic wordt veel verwacht. Vijf jaar geleden was hij nog een talentvolle schansspringer, nu is hij één van de revelaties van het wielerpeloton. Zijn tijdritzege vorig jaar in de Giro was maar een voorproefje. Dit voorjaar won hij met speels gemak de Ronde van de Algarve en pakte hij en passant twee ritten in de Ronde van het Baskenland. Dat Lotto-Jumbo niet onderaan de WorldTour-ranking bungelt, is vooral aan de Sloveen te danken.
Ik sta aan de start van de proloog in Aigle, niet ver van het hoofdkwartier van de internationale wielerbond UCI. Ik had, net als mijn meegereisde fotograaf, gehoopt op betere weersomstandigheden. In dit gebied rond het Meer van Genève zijn normaal gesproken duizenden Nederlanders op vakantie, maar de weergoden zijn hen en het peloton overduidelijk niet goed gezind.
De druk staat er voor Lotto-Jumbo volledig op tijdens de proloog, want hier kan de ploeg scoren. De beste renners zijn vroeg ingedeeld in de hoop dat zij het nog droog houden tijdens hun rit. Het blijkt ijdele hoop. De mecaniciens vliegen van hot naar her om de juiste wielen te monteren. De bandenkeuze is vandaag van groot belang. De pas 21-jarige mecanicien Dirk stuurt zijn collega’s aan en bespreekt met de renners met welke banden ze willen rijden in deze race tegen de klok. Bij de verkenning blijkt het parkoers er spekglad bij te liggen. Dat wordt nog eens bevestigd als Alexey Vermeulen, de Amerikaan met Nederlandse roots in dienst van Lotto-Jumbo, met een beteuterd gezicht terugkeert bij de bus. Tijdens de verkenning gleed hij vol in de hekken. Met een bebloede knie vlucht hij samen met ploegarts Henk de bus in. Of we even een foto mogen maken? Nee, liever niet. De bus is tegenwoordig een gesloten bastion waar buitenstaanders ongewenst zijn. Ik word jaloers van de verhalen van gepensioneerde collega’s, die tijdens de Tour gewoon op de hoteldeur van geletruidrager Joop Zoetemelk klopten en binnenliepen voor een interview. The times, they are a-changin’.
Zenuwen
De gehavende knie van Vermeulen wordt vakkundig dichtgelijmd, maar een tweede rondje over het proloogparkoers ziet de Amerikaan begrijpelijkerwijs niet zitten. De schrik zit er bij de andere renners van de ploeg goed in en ploegleider Grischa Niermann neemt zijn kopman Roglic even apart. “You can’t take too many risks today! You can’t win the race here, but you can lose it.” Robert Gesink begint ondertussen aan zijn warming-up voor de tijdrit en laat zich op het eerste gezicht niet gek maken door het slechte weer. Gesink: “Had ik maar een vak moeten leren!”
/%23source%2Fwielerrevue%2Fpremium%2F052017%2Flotto_jumbo%2Fschermafbeelding_2017-11-29_om_10.20.10.png)
Roglic maakt een gespannen indruk en kruipt weer op de Tacx. Ik vraag me af of de relatief onervaren Sloveen de wijze raad van Niermann ter harte neemt en ik hoop voor hem dat hij ongeschonden uit de strijd komt. Roglic heeft niet het onvermurwbare van Oost-Europese collega’s als Kirienka en Bodnar, die zich als het ware wezenloos voorbereiden op een tijdrit. Roglic’ ogen schieten alle kanten op. Als hij ook nog te laat dreigt te komen voor de start, is de stress duidelijk voelbaar. Ook het zonnescherm van z’n tijdrithelm staat Roglic niet aan en hij vraagt mecanicien Dirk of hij nog snel een nieuw scherm voor hem kan halen.
Stevige kuiten
Of een dergelijk attribuut sowieso enig nut heeft in deze weersomstandigheden, vraag ik me in alle redelijkheid af. Roglic haalt de start, maar gaat erg voorzichtig door de eerste bochten. Dat hij er uiteindelijk nog een zesde plaats uit weet te persen op amper negen seconden van winnaar Fabio Felline verbaast me. Toch is het Sloveense kanon niet de beste renner van Lotto-Jumbo vandaag. Belgisch kampioen tijdrijden Victor Campenaerts is op 25-jarige leeftijd al de sterkste tijdrijder van z’n land en dat laat hij hier in Romandië wederom zien. Het is pas zijn tweede jaar in de WorldTour, maar net als Roglic ontwikkelt de Vlaming zich razendsnel.
Met een stel kuiten waar Andre Greipel nog jaloers van wordt, neemt Campenaerts plaats op de Tacx-trainer om rustig uit te fietsen. Het Belgisch kampioenentruitje is een beetje vaal, maar dat deert de inwoner van Hoboken niet. Met een brede glimlach vertelt de olijke Vlaming over zijn geleverde prestatie. “Achteraf baal ik ervan dat ik zo vroeg gestart ben. Nu is het droog, maar dat wisten we van tevoren niet.”
Hij helpt en passant ploeggenoot Koen Bouwman, die nog van start moet gaan, met het goed opzetten van zijn tijdrithelm. “Ik ben pas heel laat begonnen met koersen,” zegt Campenaerts. “Vroeger was ik een zwemmer en deed ik op hoog niveau aan triatlon. Helaas was lopen een dermate zwak onderdeel dat ik mijn voorsprong altijd weer kwijtraakte. Pas in 2011 stapte ik definitief over naar de wielersport. Mijn eerste profjaar verliep moeizaam door een hardnekkige knieblessure, maar nu gaat het erg goed.”
Verwachtingen
Alle renners van Lotto-Jumbo rijden op de eerste dag van de Ronde van Romandië bij de eerste 61. Een lekkere start voor een ploeg die al sinds de Omloop Het Nieuwsblad onder vuur ligt. Ellis, de pr-dame, zegt zich er niet al te druk over te maken, maar ze merkt wel een toename van het aantal negatieve reacties op Twitter en Facebook. Ellis: “In principe antwoord ik overal op, maar als mensen beginnen te schelden krijgen ze geen antwoord.”
/%23source%2Fwielerrevue%2Fpremium%2F052017%2Flotto_jumbo%2Fschermafbeelding_2017-11-29_om_10.24.03.png)
In Romandië, waar weinig internationale pers aanwezig is, liggen toch enkele interview-aanvragen voor Roglic. Na zijn twee ritzeges in de Ronde van het Baskenland is de Sloveen hot en een journalist van een Zwitserse krant heeft interesse in een vraaggesprek met hem. Dat de betreffende journalist ruim een half uur te laat op de afspraak is, interesseert Roglic weinig. Hij houdt zich in de lobby van het hotel op met zijn vriendin, die achter hem aan reist tijdens de koers. Als de journalist in kwestie dan eindelijk op komt draven, maakt Roglic met frisse tegenzin tijd vrij. Uiteraard gaat het interview over zijn schansspringcarrière en hoe hij in relatief korte tijd uitgegroeid is tot een van ’s werelds beste tijdrijders.
Op de achtergrond neemt ploegleider Sierk-Jan de Haan de etappe van morgen door. De vriend van de olympisch kampioene op de weg, Anna van der Breggen, is aan zijn eerste seizoen als ploegleider van Lotto-Jumbo bezig. Voor de start van de tweede, wederom druilerige etappe vertelt hij me dat er veel van Roglic wordt verwacht. “Primoz is een jongen die heel snel leert. In feite komt hij nog maar pas kijken en als je ziet wat hij nu al gepresteerd heeft… Hij heeft niet alleen heel goede benen, maar hij kan zich ook goed positioneren en heeft het benodigde talent. Er zijn misschien wel meer renners die zijn wattages kunnen wegtrappen, maar hij laat iets extra’s zien. Ten opzichte van vorig jaar heeft Primoz weer een grote stap gemaakt.”
Wives and girlfriends
Wat betreft Roglic’ ambities in de Tour houdt De Haan zich nog enigszins op de vlakte. “Natuurlijk is hij één van de kopmannen. Maar vergeet niet dat dit zijn debuut wordt in de Tour, dus we zullen moeten zien of hij dat hoge niveau drie weken kan vasthouden. Met iemand als George Bennett hebben we nóg een renner die een goed klassement kan rijden.” De Haan vindt niet dat zijn ploeg in de Tour het mislukte voorjaar goed moet maken. “Natuurlijk hadden we van Lars Boom meer verwacht. Als de kopman goed is, trekt de rest zich daaraan op. Dat hebben we helaas niet gezien dit voorjaar. Maar ik vind niet dat we iets goed moeten maken in de Tour.”
Of het niet vervelend is dat deze ploeg nog steeds met de erfenis en het verwachtingspatroon van Rabobank te maken heeft? De Haan: “Voor ons is dat niet lastig. Wij weten heel goed wat de huidige realiteit is en daar proberen we zo goed mogelijk mee om te gaan. Ik denk dat die vergelijking met Rabobank meer iets is waar de buitenwereld mee bezig is.”
De renners van Lotto-Jumbo laten zich in dit druilerige weer niet buiten de bus zien. Naar-mate de start dichterbij komt, komen ze er één voor één uit om even vlug de presentielijst te tekenen. Om daarna zo snel mogelijk weer terug naar binnen te gaan. Het vooruitzicht om op deze dag de Zwitserse bergen in te trekken is allesbehalve aantrekkelijk. Zo’n tien minuten voor het vertrek schuifelt het peloton langzaam maar zeker naar de start. Tourfavoriet Chris Froome kan hier nog betrekkelijk anoniem een praatje maken met collega’s, Laurens ten Dam neemt uitgebreid de tijd om met twee technische mannen van Shimano bij te praten en een renner van Bora-Hansgrohe wordt door twee giechelende meiden staande gehouden voor een foto. In België zijn de wags – dat staat voor wives and girlfriends - inmiddels een bekend begrip, maar blijkbaar is dit fenomeen ook in Zwitserland doorgedrongen.
/%23source%2Fwielerrevue%2Fpremium%2F052017%2Flotto_jumbo%2F_rub9874.jpg)
Terwijl ik door het Rhônedal rij en probeer af te steken, komt de zon er eindelijk een beetje doorheen. De indrukwekkende bergpieken zijn na drie dagen mist en regen weer zichtbaar en het lijkt wel of het de renners van Lotto-Jumbo motiveert om er wat van te maken op weg naar Champery. Op de flanken van de Col de Vex, een beklimming van de tweede categorie, zien we Gesink al netjes vooraan in het peloton. Helaas barst er op de slotklim wederom een helse onweersbui los. Het schrikt de kopmannen van de Nederlandse ploeg niet af, want zowel Gesink als Roglic demarreren in een poging om de etappe op hun naam te schrijven. De klim naar Champery is jammer genoeg niet zwaar genoeg om grote verschillen te maken en in de stromende regen pakt Michael Albasini zijn eerste ritzege in Romandië.
Dromen van geel
Roglic lijkt tevreden met zijn start in de Ronde van Romandië. In de dagen erna weet hij zijn goede positie in het algemeen klassement te handhaven en tijdens de individuele tijdrit in Lausanne zet de Sloveen de puntjes op de i. De enige renner die in de chronorace nog enigszins in de buurt kan blijven van Roglic is eindwinnaar Richie Porte op acht seconden. Roglic verovert een mooie derde plaats in het eindklassement en lijkt nu al klaar voor een mooi Tourdebuut. “Ik zie mezelf niet als een pure tijdrijder. Ik denk dat ik in het Baskenland en hier in Romandië heb laten zien een goed klassement te kunnen rijden op het hoogste niveau. Ik moet mezelf nog beter leren kennen, maar ik denk dat ik in de toekomst ook in de Waalse klassiekers mee kan doen om de zege. Alleen moet je zulke wedstrijden eerst wel vijf keer rijden, voordat je ze kunt winnen.”
Wat hij verwacht van de Tour, wil ik tot slot nog weten. “Ik leg mezelf geen doelen op in deze Tour. Ik ga mezelf zo goed mogelijk voorbereiden en hoop op een goed resultaat. Helaas is de vlakke openingstijdrit in Düsseldorf niet echt op mijn lijf geschreven, maar ik hoop daar al voor de overwinning mee te kunnen doen. In mijn dromen pak ik de gele trui in Düsseldorf, maar ik weet niet of dat realistisch is. Er zijn in deze Tour veel mogelijkheden voor een renner zoals ik, dus ik staar me niet blind op die openingstijdrit.”