Iedere dag het nieuws dat echte mannen interesseert

Presentator Ron Boszhard: ‘Ik stel geen moeilijke vragen’

Voordat Ron Boszhard (55) een kans kreeg op tv, trad hij op als cabaretier, werd hij bijna gewurgd in een psychiatrische instelling en deed hij talloze onsuccesvolle open sollicitaties bij omroepen.

Ron Boszhard
Voordat Ron Boszhard (55) een kans kreeg op tv, trad hij op als cabaretier, werd hij bijna gewurgd in een psychiatrische instelling en deed hij talloze onsuccesvolle open sollicitaties bij omroepen. Nu is hij al zeventien jaar het gezicht van Zappsport, waarvoor hij vanaf deze week elke dag het WK voetbal voor vrouwen volgt. “Zonder tv was ik misschien een gefrustreerde oude man geweest.”

Leuk, vier weken lang met de OranjeLeeuwinnen in Frankrijk.

“Absoluut, en ik blijf zolang ze in het toernooi zitten. We zenden elke dag uit op NPO 1 en NPO 3, dat betekent zo’n 34 afleveringen als ze de finale halen. Het is een enorme organisatie, maar het is ontzettend leuk om te doen. In 2014 deed ik hetzelfde met de mannen, in Brazilië. Wij doen gewoon een paar spelletjes met ze, ik stel geen moeilijke vragen. Of ze fit zijn, of ze met de punt naar voren of naar achteren spelen, met een ruit op het middenveld: dat hoef ik allemaal niet te weten.”

Welke spelletjes doe je?

Doet ie het of doet ie het niet vind ik altijd erg leuk. Die met Arjen Robben in Brazilië was geweldig. Zappsport heeft van die polsbandjes tegen het zweet, dus ik vroeg aan Arjen: Wil je die hebben? Dat wilde hij wel, maar toen zei ik: Dan moet je er wel iets voor doen. Welke kleur hebben je voetbalschoenen? Wit, antwoordde hij. Oké, zei ik. Als je morgen op oranje schoenen speelt, dan krijg je dat zweetbandje van me.”

En?

“Natuurlijk had hij tijdens de wedstrijd oranje schoenen aan. Hij scoorde er zelfs mee. Een dag later liep hij nog vóór de training naar me toe om dat bandje op te halen. Heel leuk. Maar we deden bijvoorbeeld ook Pictionary, dan moesten spelers een tekening van iets maken. Kinderen die raadden wat het was, konden ’m winnen. Met een beetje mazzel had je dan een echte Van Persie of Kuijt boven je bed hangen.”

Bedenk je dat allemaal zelf?

“Ja. We hebben een fantastische redactie. En zo moeilijk is dat niet. Hoe lang bestaat Pictionary al? Nu, met de OranjeLeeuwinnen, doen we dat spelletje met die krokodil. Als je een vraag over de ander verkeerd beantwoordt – bijvoorbeeld: waar kan je Vivianne Miedema ’s nachts voor wakker maken of waar is Jacky Groenen geboren – dan moet je zo’n tandje indrukken waarna die bek van die krokodil dichtklapt, of niet. Heel grappig. Die meiden schrikken nogal snel. Goeie televisie natuurlijk, maar door die persoonlijke vragen leer je ze ook een beetje kennen.”

Is er wat spelletjes betreft een verschil tussen de mannen en vrouwen van Oranje?

“Nou, als ik Wesley Sneijder een muts op zijn hoofd zet en Lang zal ze leven zing omdat hij jarig is, dan haal ik daar de wereldpers mee. Waargebeurd trouwens, het stond tijdens dat WK in Brazilië in alle kranten over de hele wereld. Als ik dat bij Lieke Martens doe, dan is dat geen nieuws. Mannen- en vrouwenvoetbal zijn twee verschillende werelden. Mannenvoetbal is eredivisie en vrouwenvoetbal Keuken Kampioen Divisie, zo eerlijk moet ik wel zijn. Maar zowel de mannen als de vrouwen zijn ontzettend benaderbaar. Ze kennen ons, dus ze weten dat we met kindervragen komen. Vinden ze allemaal hartstikke leuk. Aan Memphis Depay vroeg ik laatst: Als je de hele wedstrijd op de bank zit, ga je na de wedstrijd dan ook douchen? Die had mijn zoon bedacht, maar ik vind het een briljante vraag.”

@backlink(282005)

En wat was zijn antwoord?

“Ja. Grappig toch? Ik hoor zoiets niet bij Studio Sport, je hoort het echt bij ons. Ik krijg iedereen voor de camera en ze zijn nooit chagrijnig, juist omdat ze weten dat ik geen moeilijke vraag stel. Maar inmiddels dreigen we wel slachtoffer van ons eigen succes te worden. In 2012 ging ik met de OranjeLeeuwinnen blikwerpen, zoals op de kermis. Achterop elk blik zette ik dan een vraag: de blikken die ze omver wierpen, hoefden ze niet te beantwoorden, de blikken die bleven staan wel. Nu gaat Studio Sport het ook doen, geloof ik.”

Ze kijken het bij je af?

“Ze zien gewoon dat het werkt.”

Kinderen kennen je van Zappsport, maar hun ouders zien je nog op tragische wijze Wie Is De Mol? verlaten. Hoe vaak word je daar nog aan herinnerd?

“Nog bijna dagelijks. Het was vorig jaar natuurlijk ook een ongelooflijk moment: als eerste uitgeschakeld worden, een tweede kans krijgen en dan door je medekandidaten wederom uit het spel liggen. Dat was erg ja, zeker omdat ik al zo lang mee wilde doen.”

Het schijnt dat je jezelf hebt aangemeld voor WIDM.

“Het is gewoon waar. Jarenlang hoopte ik dat ze me zouden vragen. Ik presenteerde Te land, ter zee en in de lucht dat op dat moment goed scoorde, maar dat zagen ze bij WIDM niet. En dat is heel jammer, maar ik had juist gehoopt dat ze dat wél deden. Het was uiteindelijk Carlo, mijn broertje, die vond dat ik dan maar zelf een brief moest sturen. Dat heb ik ook gedaan. Ik schreef: Als jullie ooit nog eens kandidaten zoeken, denk dan ook eens aan mij.”

Wat lief.

“Maar ik ben ook superlief. Misschien beoefen ik wat dat betreft wel het verkeerde vak. Ik ben geen goede netwerker. Dat hoeft ook niet: ik hoop altijd dat je gevraagd wordt om je talent, niet om wie je kent. Maar ik kreeg wel een antwoord op mijn brief. Dat ze me gingen voordragen. Een tijdje later werd ik gebeld dat ik mee mocht doen.”

Traantje gelaten?

“Dat niet, maar ik was ongelooflijk blij. Als mensen me nu vragen wat ik nog wil doen op tv, dan heb ik daar niet meer zo’n goed antwoord op. Ik heb al zoveel gedaan.”

Heeft WIDM een boost gegeven aan je carrière?

“Niet aan mijn carrière, wel aan mezelf, omdat ik het spelletje zo leuk vind. Ik kijk ook naar de Belgische versie, die ik stiekem nóg beter vind. Daar zitten in elke aflevering drie of vier lagen, echt geniaal. Het afgelopen seizoen begonnen ze zelfs zonder mol, die werd pas na de eerste aflevering aangewezen. Fantastisch. Ik kijk het met het hele gezin. WIDM is echt een avondje uit voor ons.”

Maar als Carlo je niet dat zetje had gegeven, was je misschien nooit gevraagd.

“Het is meer in de trant van: als de berg niet naar mij komt, dan ga ik wel naar de berg.”

Geeft hij jou wel vaker advies?

“Ik kom uit een televisiefamilie, we hebben het altijd over tv. Ik ga zelfs met mijn moeder het WK doen.”

Met je moeder?

“Jazeker. Dat vindt ze hartstikke leuk. Ik bel haar na de wedstrijd op wat ze ervan vond. Mijn vader zal zeggen dat de meiden meer druk naar voren hadden moeten geven, terwijl zij zal zeggen dat ze goed hun best hebben gedaan. Het is een kinderprogramma en elk kind heeft een moeder. Wat dat betreft kan ik goed uitleggen waarom mijn moeder meedoet.”

Je moeder zit ook vaker in de programma’s van Carlo. Laatst zaten ze nog samen in de voorbeschouwing op het Songfestival. Je hebt ooit gezegd dat hun levens wel heel erg met elkaar verweven zijn.

“Dat is ook zo. Niet zo moeilijk ook, want ze wonen naast elkaar. Hij eet daar bijna elke avond en als hij ’s ochtends wakker wordt, gaat hij er even langs. Mijn moeder is echt een moedertje. Ik woon er veel verder vandaan. Ik heb ook een ander leven, ik heb inmiddels drie kinderen. Daar hoef ik later ook niet naast te wonen. Nee, Carlo wordt vertroeteld door haar en dat doet ze goed.”

Ben je daar weleens jaloers op?

“Absoluut niet. Ik vind het juist fantastisch zoals het nu gaat. Ik kom niks tekort.”

Carlo zit meer dan 25 jaar bij RTL4, jij zit volgend jaar 25 jaar bij de TROS, nu AVROTROS. Zijn jullie zo honkvast?

“Carlo en ik zijn trouw. Je kunt ook zeggen dat we niet avontuurlijk zijn, maar ik voel me op mijn gemak bij waar ik zit. Ik mag maken wat ik wil, dat is een ongekende luxe. Voor Zappsport maak ik meer dan 120 afleveringen per jaar, en dat al zeventien jaar lang. Ik maak dagelijks televisie. Of ik nu een miljoen kijkers trek of niet, het gaat het er mij om wat ik maak en niet om hoe het scoort. Ik ben elke dag op pad en ik hoef nooit een moeilijke vraag te stellen, dat is toch heerlijk?”

Carlo is zes jaar jonger, maar al langer op tv dan jij. Hoe lastig was het voor jou om als tweede Boszhard op tv te komen?

“Ik heb een veel langere weg dan hij bewandeld. Voordat ik op tv kwam, heb ik tien jaar in de verpleging gewerkt. Eerst acht jaar met dementerende bejaarden, daarna een jaar in de revalidatie en in de psychiatrie. Tussendoor heb ik talloze brieven naar de omroepen geschreven, omdat ik het liefst iets op tv wilde doen. Steevast was het antwoord nee. Maar na dat jaar in de psychiatrie heb ik het over een andere boeg gegooid, zeker toen ik bijna werd gewurgd.”

@backlink(288289)

Gewurgd?

“Ik moest een meisje separeren, dat betekent dat ik haar in een kale cel moest stoppen, omdat ze een gevaar was voor zichzelf. Naakt in dit geval, omdat de kans bestond dat ze zelfmoord zou plegen door verstikking met haar kleren. Na een tijdje moest ze weer naar buiten. Ik maakte in mijn eentje de deur open, er was ook toen al te weinig personeel, maar voor ik het wist stond ze achter me en voelde ik een paar vingers om mijn keel. Ze had een stem van God gehoord die zei dat ik dood moest. Gelukkig kon ik vluchten.”

Heftig.

“Vanaf dat moment realiseerde ik me dat ik moest stoppen in de verpleging. Eigenlijk was dat niks voor mij. Mensen in de verzorging verdienen een gouden stoel. Waken over demente ouderen is gewoon vreselijk. Ik heb mensen in hun nakie heen en weer over de gang zien lopen, we mochten geen kerstballen in de kerstboom hangen omdat ze die opvraten, van dat soort dingen. Maar ik heb ook verschrikkelijk gelachen, hoor. Ik zal nooit vergeten dat tijdens de nachtdienst een oud vrouwtje naar me toekwam en een poppetje van klei op mijn bureau zette. Met haar handen pakte ze zijn hoofd vast en zei: Hier, voor jou. Nou, haar handen waren nog niet bij mijn neus of ik wist al hoe laat het was. Dat poppetje had ze niet van klei gemaakt, maar van haar eigen ontlasting. Toch wel hilarisch. Net als die man met Korsakov die de hele dag Koffie! Koffie! riep. En ondertussen keek ik naar mijn broertje op tv.”

Vol trots?

“Uiteraard, maar ik wilde ook wat hij deed. Nadat ik bijna werd gewurgd, kwam ik in de WAO terecht. Destijds was er een regeling voor werknemers die een bonus van 4000 gulden kregen als ze iemand uit de WAO haalde en in dienst namen. Toen belde ik weer met een productiemaatschappij waar ik al vaker had gesolliciteerd en vroeg ik of ze nu wel een plekje voor me hadden. Ze kenden me inmiddels en zeiden: Nee, meneer, ook nu niet. Toen zei ik: Ja, maar ik neem 4000 gulden mee. Daarop vroegen ze meteen wanneer ik kon beginnen. Ik heb toen drie jaar lang de productie gedaan van Boggle en Lingo, met François Boulanger. Tussendoor had ik ook een eigen cabaretprogramma in het theater. Daar kwam iemand van de TROS naar me kijken, om te zien ‘hoe leuk ik was’. Niet veel later deed ik een screentest voor het programma Match & Win, in 1995. Als dat allemaal niet was gelukt, was ik nu misschien een oude gefrustreerde man geweest.”

Zit je 25 jaar bij de TROS vanwege je talent of je doorzettingsvermogen?

“Ik weet niet of ik talent heb, maar ik ben wel altijd een harde werker geweest. Je moet ook een hoop geluk hebben. Als Linda de Mol niet was gestopt met De Leukste Thuis, had ik het nooit gepresenteerd. Ze pakten het bakje met beschikbare mensen erbij – wie hebben we in dienst en wie moeten we doorbetalen? – en kwamen bij mij uit. Datzelfde geldt voor Zappsport. Ik werd in het winkelcentrum van Hilversum gebeld door mijn toenmalige baas die zei: Jij gaat dat programma doen. Niet eens de vraag of ik het zou willen of niet, maar gewoon boem. Ik had helemaal niks met sport, maar prima, dacht ik. Leuk voor een jaartje, of hooguit twee. Inmiddels zijn we zeventien jaar verder.”

Ga je ooit nog een programma met Carlo maken?

“Meestal zeg ik nee, maar nu zeg ik: het zou best eens kunnen. Niet dat we plannen in die richting hebben, maar de omroepwereld is zo aan het veranderen dat ik het niet meer kan uitsluiten. Ik weet bijvoorbeeld niet hoelang Carlo nog bij RTL 4 blijft. Het zou zomaar kunnen zijn dat hij het over een paar jaar ergens anders gaat proberen met een eigen programma-idee, en dat we dan samen iets gaan doen. Maar er ligt niks op de plank.”

Ga jij dan naar de commerciëlen of komt hij dan naar de publieke omroep?

“Ik denk het eerste.”

Dan doet AVROTROS zijn naam wel eer aan, als grootste familie van Nederland.

“Ja, en dan ook meteen mijn moeder erbij. Wat een feest.”

Zappsport is vanaf 7 juni elke dag te zien op NPO 1 en NPO 3.

Over Ron Boszhard

Maar weinigen hebben een cv als dat van Ron Boszhard (Amsterdam, 1963), al zal hij voornamelijk herinnerd worden door programma’s als Pluk De Dag, Spel Zonder Grenzen, Te Land, Ter Zee En In De lucht en, uiteraard, Wie is de Mol?. Nadat hij dat programma al na één aflevering moest verlaten, steeg zijn populariteit naar ongekende hoogten. In een recente poll over welke oud-kandidaat ooit nog terug moet keren in het programma, staat Ron met afstand op één.

Al zeventien jaar is hij het gezicht van Zappsport, waarin hij onder anderen met Britt Dekker een strijd voert tussen de jongens en de meisjes in de zogenaamde Zapp Battle. Britt kreeg onlangs een paard van John de Mol dat zo’n vier ton zou hebben gekost. Op de vraag of Ron zich weleens afvraagt wat hij verkeerd doet in zijn leven – hij kreeg immers niet zo’n cadeau van De Mol – zegt hij droog: “Wat moet ik in godsnaam met een paard?”

Ron, een rasechte Amsterdammer en Ajacied (“Wat een seizoen hè!”), heeft drie kinderen en woont net ten noorden van zijn geboortestad. Dichtbij Carlo en zijn ouders.